TOUR DE SLAGVELDEN VAN DE ARDENNEN
HET BLOEDBAD VAN BAUGNEZ

DE MASSAMOORD
TEN ZUIDEN VAN MALMEDY

Het is bekend geworden als 'The Malmedy Massacre' (het Malmedy Bloedbad), al gebeurde het nabij het dorpje Baugnez. Op dit punt werd een groot aantal Amerikaanse soldaten koelbloedig doodgeschoten nadat zij zich hadden overgegeven aan de Duitsers.

De 'X' is de plaats van het bloedbad

Op zondag, 17 december 1944, rond de klok van 12.15 uur stopte de colonne Battery B van de 285th Field Artillery Observation Battalion bij het hoofdkwartier, aan de oostkant van Malmedy, van het 291st Engineer Combat Battalion. De commandant van het 291st, Colonel David E. Pergrin, raadt Lieutenant Virgil T. Lary aan een andere route te kiezen en de colonne via Stavelot te laten rijden. Maar Larry neemt het risico om toch de N23/32 (de tegenwoordige N 62) te nemen richting Baugnez en naar Ligneuville. En zo zakte de colonne af naar het zuiden (een deel bleef achter vanwege een zieke sergeant), naar het door de Amerikanen genoemde 'Five Points' bij Baugnez. Op de hoek waar de colonne rechtsaf de N23 op moest werd het verkeer geregeld door pfc Homer Ford. Deze zwaaide hen de goede richting in.

Nu een woonhuis op de plaats van café Bodarwé op het 'Five-Points' kruispunt van Baugnez

In de verte zag Lary een bulldozer voor zich rijden. Plots brak de hel los toen Duitse tanks het vuur openden op de colonne. Over de weg vanaf Thirimont die parallel loopt met de N23 denderde een Duitse colonne noordwaarts richting Bagatelle. Vanaf een kleine kilometer afstand werd de voorste Amerikaanse truck uitgeschakeld en het konvooi kwam tot stilstand. Over het veld kwamen Duitsers al schietend aangerend (dit wordt hier en daar bestreden, daar het veld erg moeilijk over te steken zou zijn geweest vanwege de drassigeheid, maar voor Amerikaanse soldaten zich schuil hielden in de greppel en achter voertuigen, kan de suggestie gewekt worden dat er Duitsers bezig waren het veld over te steken). De bestuurder van de bulldozer wist zijn machine vol gas weg te sturen van het vuurgevecht en reed naar Ligneuville waar hij Captain Green waarschuwt (zie het drama bij Hotel du Moulin, Ligneuville). Ondertussen waren verschillende Amerikanen in de greppel gekropen naast de weg om enige dekking te vinden tegen het vuur van de Duitse tanks. Verscheidende voertuigen stonden in brand en het was een chaos. Lary gaf opdracht het schieten met de lichte wapens te stoppen en zich maar over te geven aan de Duitsers. Terwijl de meesten zich overgaven renden enkele mannen naar het café op de hoek om dekking te zoeken.

De greppel die dekking gaf aan de Amerikanen (foto genomen richting 'Five-Points')

In een SdKfz 251, een licht pantser voertuig, kwam de commandant van het 3de Battalion, SS Hauptsturmführer Diefenthal aangereden. Diefenthal gaf opdracht de mannen bij het café op te halen en alle gevangenen, waaronder de MP, Homer Ford, in het open veld naast het café op te stellen in acht rijen en te fouilleren. Diefenthal positioneerde twee Pz.Kpfw. IV tanks, Nr.731 en Nr.732. Onderwijl was Peiper ook gearriveerd. Deze gaf opdracht aan SS Sturmbannführer Poetschke orde op zaken te stellen, brandstof en voertuigen te rekwireren en verder geen tijd te verliezen. De opmars naar Ligneuville en uiteindelijk de Maas had de hoogste prioriteit. De Duitse colonne kwam hierop weer in beweging en zette hun reis voort.

Eén van de veel gepubliceerde foto's nadat de slachtoffers zijn gevonden

Iets na 14.00 uur werd de order aan sergeant Hans Siptrott gegeven, commandant van tank 731, om het vuur te open op de gevangenen. De Roemeense Waffen-SS soldaat Georg Fleps vuurde daarop, zonder de opdracht van Siptrott af te wachten, twee gerichte schoten met zijn pistool op Lary. De Amerikanen schreeuwden in verwarring verwensingen richting de Duitsers. Lary riep dat ze zich rustig moesten houden om verdere uitlokking te voorkomen. Maar het was te laat, de machinegeweren op de tanks begonnen te schieten. Tank 731 was de eerste die stopte maar tank 732 bleef schieten en andere voertuigen begonnen daarop ook te vuren op de Amerikanen. Het vuren hield zeker vijf minuten aan voor de rust weerkeerde. Manschappen van een Duitse Krijgsgevangenen Onderdeel liepen daarop het veld in en schoten op de nog levende Amerikanen. Er was zelfs een groepje Amerikanen dat ieder door soldaat Gustav Sprenger vijf maal extra werd doorzeefd.

Vol ongeloof aanschouwt een Amerikaanse soldaat het bloedbad

Als door een wonder bleken nog verschillende Amerikaanse soldaten in leven. Onder hen Lary, met twee schotwonden, en Homer, met één schotwond. De Duitsers die bezig waren op te breken en verder te trekken zagen plots een groep van ongeveer 20 man opspringen en over het veld rennen noordwaarts naar de bossen. De Duitse troepen draaiden hun wapens wederom richting het veld en openden weer het vuur. Ongeveer twaalf mannen zetten daarop koers naar het café om daar dekking te zoeken. De Duitsers staken het café in brand en de mannen die naar buiten kwamen werden alsnog vermoord.

Het uitgebrande café van Bodarwé

Colonel Pergrin in Malmedy had de schoten gehoord maar wist niet wat er aan de hand was. In een jeep reed hij naar een heuvel bij de wegversperring. Terwijl hij probeerde waar te nemen wat daar gebeurde kwamen er opeens vier mannen de bossen uitgestrompeld met een verwarrend verhaal. Pergrin nam de mannen mee naar Malmedy. Later bereikten meer overlevenden de wegversperring van het 291st en als het donker is komt de laatste overlevende zich daar melden, Warren Schmidt, die zich al die tijd schuil had gehouden in een ijskoud stroompje. In een boerderij was Lieutenant Lary in elkaar gezakt en naar Malmedy en Pergrin gebracht. Meer mannen kwamen in de loop van de nacht zich melden bij het 291st. In totaal wisten 43 ontsnapten zich in veiligheid te stellen, terwijl 86 dood achterbleven.

Onderaan deze pagina ga ik wat dieper op de controverse in. In totaal zouden in dit gebied 86 gedood zijn (het monument telt 84 namen), maar verschillende bronnen spreken elkaar tegen. De gedode Amerikanen werden in de dagen erop door een laagje sneeuw bedekt.

Ook geen genade voor de hospik (Medic) Cpl. Ralph John Indelicato

Binnen vierentwintig uur wist elke Amerikaanse soldaat wat er gebeurd was. Het was een ommekeer in de behandeling van gevangen Duitsers. Hitler had gehoopt dat zijn plan om geen mededogen te tonen tegen de geallieerden deze in paniek terug zouden trekken. Nu gebeurde precies het tegenovergestelde, de Amerikanen waren vervuld van haat en zouden wraak nemen om de mannen te wreken die bij Baugnez waren omgekomen. Verschillende groepen Duitsers die zich later overgaven werden zonder pardon neergeschoten.

De omgekomen Amerikaanse soldaten zouden nog tot 13 januari 1945 in de bevroren velden rond het kruispunt blijven liggen. Het Amerikaanse leger beweerde dat het zolang duurde (bijna een maand) vanwege de gevechten die hier toen gaande waren.

De bevroren slachtoffers worden geborgen op 13 januari 1945

Na de oorlog werd een rechtzaak gehouden tegen 73 manschappen uit de 1st SS-Panzer Division. Op 16 mei 1946 begon de rechtzaak in Dachau. Niet alleen stonden de mannen terecht voor de 'Malmedy Massacre', zeker ook van tien andere zaken werden de mannen beschuldigd. Over de gehele route die Kampfgruppe Peiper had gevolgd, via Honsfeld, Bullingen, Ligneuville, Cheneux, Stavelot, Trois Ponts, Stourmont, Wanne, Lutrebois en Petit Thier waren uitwassen en excessen uitgevoerd onder de krijgsgevangen maar ook onder de burgerbevolking van België. De verdachten werd moord ten gelaste gelegd op 90 ongeïdentificeerd Belgische burgers en tussen de 538 en 749 niet nader genoemde geallieerde soldaten. Lieutenant Lary identificeerde Georg Fleps die het eerst schot zou hebben gelost nabij Baugnez op de gevangen genomen Amerikanen. Op 16 juli 1946 eindigde de rechtzaak met de ter dood veroordeling 43 Duitsers, 22 levenslang, 2 kregen twintig jaar en vijf mannen kregen ieder 10 jaar. Onder de ter dood veroordeelden waren Fleps en Peiper.

Lieutenant Lary wijst nummer 14 aan, Georg Fleps

Toen later bekend werd dat de bekentenissen waarschijnlijk onder foltering waren verkregen werd op 14 september van dat jaar alle doodvonnissen omgezet in gevangenisstraf. Op 25 oktober 1955 kwam Dietrich vrij tegen de wensen van Brigadier General McAuliffe (die toen commandant was over het Amerikaanse leger in Duitsland). McAuliffe had daarvoor drie maal de vrijlating tegen gehouden van Dietrich. Joachim Peiper werd op 22 december 1956 vrijgelaten ondanks protesten van het Amerikaanse Legioen.

Peiper zijn verleden bleef hem achtervolgen in Duitsland. In 1972 verhuisde hij naar Frankrijk. De bevolking wist van de SS officier en waren er openlijk zeer ongelukkig mee. Enkele weken voor zijn dood in 1976 gaf Peiper een interview, en dat kan een laatste druppel zijn geweest voor zijn moordenaars. Op 14 juli 1976 werd vlak na het middernachtelijke uur een molotov-cocktail door het raam in zijn huis in Traves gegooid door Franse communisten. Joachim 'Jochen' Peiper kwam om door de rookvergiftiging, hij werd 71 jaar.

Joachim Peiper in Traves geeft in 1976, kort voor zijn dood, een interview...

Na de oorlog werd een simpel kruis geplaatst op de plaats van het bloedbad. Later verscheen een permanente monument ter herinnering aan het bloedbad, aan de andere kant van de kruising. Het vreemde is dat er melding gemaakt wordt van 84 in plaats van 86 gedode Amerikanen. (Ik heb persoonlijk de naambordjes geteld en ik kom op 84 namen uit).

Enkele namen van de omgekomen Amerikanen op 17 december 1944

Naschrift

Er is nogal wat commentaar geweest op deze pagina. Er zouden fouten in zitten. Mijn eerste bron is voornamelijk 'After The Battle-Number 4' geweest (1974). Voor een andere, iets in detail verschillende versie, komt van de schrijver Hans Wijers. De heer Wijers bracht zijn bedenkingen over deze pagina naar voren in mijn gastenboek. Na bestudering van zijn versie, zag ik slechts details waarin de versies verschilden, maar dat de belangrijkste gebeurtenissen hetzelfde waren. Mocht er in de toekomst meer substantieel anders klinkend bewijs komen, dan zal ik die verwerken op deze pagina (dit schreef ik in februari, 2007).

Nummer 40 en 41,... hier nog slachtoffers zonder naam.
Na identificatie bleek het om T/3 James G. McGee (40) en Sgt. Benjamin Lindt te gaan (41).
(Op de helm en armband staan de letters 'MGP' (Military Covernment Police),
Lindt stond waarschijnlijk het verkeer te regelen op het 'five point' kruispunt)
ZIE KAART HIERONDER VOOR VRAAGTEKENS,...

De controverse bleef voortduren. Een Belgische leraar Cuppens heeft de zaak ook diep onderzocht en verwoord dit in zijn boek ‘Massamoord in Malmedy?’ Waar zijn bevinding op neer komt is dat er geen 84 in het weiland zijn vermoord, maar ‘slechts’ 21. Een ander geschrift was te vinden op de site van de heer Willy D. Alenus (welke niet meer bestaat). waarop ook een goede uitleg stond. Via de heer Roorda ontving ik verschillende verslagen, waaronder een uitreksel van Lary zijn getuigenverklaring. Deze is doorspekt met verzinsels, zoals het opvoeren van Koningtigers en 88mm Flak kanonnen. Ook wees Lary Fleps aan als degene die als eerst geschoten zou hebben, terwijl hij Fleps nooit goed gezien kon hebben. Er wordt van alles beweerd, maar iedere verklaring kun je anders uitleggen of ontzenuwen of ze roepen meer vragen op.

Deze kaart (uit onbekende bron) zou de plekken aanwijzen waar de slachtoffers
op gemarkeerd zijn. Ook hier zijn weer vraagtekens bij te zetten. Bijvoorbeeld bij
nummer 40. Sommige bronnen wijzen deze plek aan van slachtoffer Pfc. Elmer W. Wald,
van de 190th Field Artillery Battalion, terwijl de kaart als slachtoffer Technician 3rd Grade
(T/3) James G. McGee, van Battery B, 285th Field Artillery Observation Battalion aangeeft.

De één beweerd dat er 3 Duitse aanvallen op de Amerikanen waren, de anderen dat het met vijf minuten afgelopen was omdat de onervaren Amerikaanse eenheid al snel hun handen omhoog deden. Zelf geloof ik dat het een zeer kort gevecht geweest is, van hoogstens enkele minuten. De angstige Amerikanen die opeens vreselijk onder vuur lagen van zwaar kaliber en zelf slechts over wat lichte karabijnen beschikten en wellicht enkele .50 machinegeweren, werden overrompeld en kozen eieren voor hun geld, overgave. Dat in de korte vuurwisseling enkele doden zijn gevallen aan Amerikaanse zijde, dat zal ik niet bestrijden. Dat de overlevenden en gewonden in een weiland zijn verzameld, daar twijfelt niemand aan. Dat de groep Amerikanen doodsbang is geweest, dat is een feit. Dat er tweemaal door iemand is geschoten, dat wordt bevestigd door de Duitsers en de Amerikanen. Dat daarop als een soort van vals startsein vanaf de Duitse voertuigen met machinegeweren in de groep Amerikanen werd geschoten vanaf slechts een tiental meters, wordt erkend.

Op deze foto is duidelijk te zien dat ook een Dodge WC-54 met rood kruis vol kogelgaten zit

De gefrustreerde groep Duitsers die de wacht hield bij de groep Amerikanen zag andere Duitse eenheden aan zich voorbijtrekken, op weg naar hun doel. Zij moesten wachten tot er infanterie kwam om de gevangen op te halen. En Peiper had toch tegen Major Poetschke gezegd (geen bewijs van deze uitspraak); ‘Je weet wat je met de gevangen moet doen.’
Deze uitspraak dekt alles; gevangenen afvoeren,… of afschieten? En als dan de eerste Amerikaan getroffen wordt, dan moet de rest er ook aan,… geen getuigen. Maar de SS-ers deden hun werk (deze keer) slecht. Er waren enkele overlevenden en wat die vertelden ging natuurlijk een eigen leven leiden. Binnen een etmaal waren er geen ‘100’ Amerikanen vermoord, maar honderden. Dat er later bekentenissen zijn afgedwongen door hardhandig aanpakken (het waren Amerikaanse ondervragers), en dat daardoor de vonnissen moesten worden herzien, neemt niet weg, dat de grootste aanklacht blijft staan:
Er is een groep Amerikaanse soldaten doodgeschoten nadat deze zich had overgegeven en ontwapend waren.
In mijn ogen is iedere moord een misdaad en is elk vermoord persoon er één teveel, of het er 84, of 21 waren.

Het monument bij Baugnez

Ik wil ook nog even mijn eigen theorie hier plaatsen. Zelf geloof ik dat er 84 Amerikanen zijn gedood op dit punt. Na een kort, maar zeer heftig, vuurgevecht zal een aantal (rond de 14) Amerikanen omgekomen zijn. Later werden er 12 doodgeschoten die uit het brandende café kwamen. Wat ik vreemd vind is dat nergens melding wordt gemaakt hoeveel gewonden er waren aan Amerikaanse zijde. Veelal is dat een veelfout van het aantal doden, rond de 28 man. De overgegeven manschappen en de gewonden, in totaal zo'n 100 man, zullen bijeengedreven zijn op het weiland. De gewonden van na het vuurgevecht zullen het, naar mijn mening, niet overleeft hebben. Volgens mij zijn er ongeveer 30 Amerikanen daadwerkelijk omgekomen in de kogelregen en zijn de ongeveer 28 gewonden ook doodgeschoten in het weiland. Na de executie wisten 43 overlevenden weg te komen. Alle argumenten naast elkaar leggende, zouden er 58 man gedood zijn in het weiland, plus de 26 (eerder in het vuurgevecht omgekomen, plus de uit het brandende café gejaagde GI's) omgekomen Amerikanen maakt een trieste balans van 84.

Bij een klein altaar kan men even stilstaan bij het bloedbad

Het is eigenlijk treurig dat we over de ruggen van de omgekomen Amerikaanse bevrijders bakkeleien over de precieze toedracht en hoeveel er nu precies zijn vermoord. Laten we deze groep omgekomen Amerikanen gedenken, die in Europa waren om ons te bevrijden van de Duitse bezetter. Ze waren ver van huis en kwamen onmenselijk aan hun einde in en rond een bevroren weiland bij Baugnez.

De tegenstrijdigheden die deze pagina over Baugnez oproept heeft mij tevens geinspireerd om een pagina te maken over de moeilijkheid van het onderscheiden van propaganda in de waarheid.

Voor meer daar over, ga naar:

'Wat is Waar?'

Pieter Jutte
(januari 2023)


LET OP: Het onderstaande museum is vanaf januari 2023 definitief gesloten!

Baugnez 44 - Historical Center

Sinds 2008 is er een nieuw museum in de Ardennen. Bij Baugnez, in het veld waar in 1944 het bloedbad plaatsvond, is nu ‘Baugnez 44 – Historical Center’ verrezen. Het is vooral een museum met overvolle vitrines verzamelde militaire voorwerpen. Verwacht niet veel tekst op borden, die zijn zeer spaarzaam. Om u rond te leiden krijgt men een ‘luister-foon’ mee. Persoonlijk vond ik het een storing in het ondergaan van het museum en heb deze dan ook weinig gebruikt. Er is uniek materiaal te zien in deze verzameling (zoals het tenue dat Peiper droeg tijdens zijn proces).

Het gevangenenjasje van Peiper en een helm van een Duitse soldaat

Er zijn twee ‘shockkamers’ gebouwd waarin men uitgenodigd wordt te ervaren hoe het was in december 1944. Als men denkt dat het museum alleen over de slachting bij Baugnez zal gaan komt bedrogen uit. Slechts een zeer klein gedeelte behandelt deze episode van het Ardennen Offensief. Eén van de ‘shockkamers’ heeft een diorama van enkele lijken in de sneeuw terwijl de ijzige wind de mist laat ronddwarrelen.

De 'shockkamer' over het bloedbad bij Baugnez

De toegangsprijs voor 2021 is € 8.50, kinderen € 7.00 (onder de acht jaar is gratis), waarbij het toegangsbiljet de vorm heeft van een zogenaamde 'dog-tag' (een Amerikaans militair naamplaatje). In de shop worden, naast boeken en tijdschriften, enkele originele zaken verkocht, zoals helmen. De prijzen zijn schrikbarend hoog, wees daar op voorbereid. Het museum raad ik aan bij een ieder.
Voor meer informatie; KLIK HIER.

KLIK HIER
VOOR TERUG NAAR DE VORIGE PAGINA,...
OF,...