P-51 MUSTANG
'LAST OF THE BREED'

DE LAATSTE MUSTANGS?

Wereldwijd zijn er nog heel veel P-51 versies luchtwaardig. Het verschilt per jaar, maar er zijn bijna 170 Mustangs die vliegwaardig zijn en een kleine 45 stuks die onder restauratie zijn tot vliegend raspaard (respectievelijk 168 en 44 in 2012). Er zijn zelfs zoveel nieuw geproduceerde onderdelen voorradig dat het luchtwaardige voortbestaan van dit toestel voor jaren gewaarborgd is. Hierboven staat uw schrijver voor een P-51D welke hij in 1992 tegenkwam op het Californische vliegveld van Chino, bij het Planes of Fame Museum. Gedurende verschillende jaren ben ik zo verschillende Mustangs tegengekomen. Hieronder volgt een kleine bloemlezing over de bewaard gebleven P-51's.

Veel van de nu in particuliere handen zijnde Mustangs zijn uit surplus legers gekomen vanuit de gehele wereld. Direct na de Tweede Wereldoorlog moesten veel luchtmachten heringericht worden, of juist uitgerust worden met de beste en betaalbaarste jager van dat moment. De jet stond aan de vooravond van de grote doorbraak, maar vooralsnog kozen de meeste landen eerst voor overgebleven propellertoestellen uit de oorlog. Niet alleen westerse landen, maar ook Midden-en Zuid-Amerikaans namen de Mustang in hun arsenaal.

Een Mustang Cavalier in civiele uitvoering
(foto: Ed Lindsay)

In 1957 toen de Air National Guards de P-51 afstoten, kwamen deze vrij voor de civiele markt. David B. Lindsay Jr., een krantenmagnaat, kocht een aantal van deze toestellen en begon een up-date programma voor de oude jagers. De eerste ge-update kist, nu 'Cavalier' genoemd, kwam in 1958 op de markt. Er waren verschillende uitvoeringen. Deze waren genummerd als de Cavalier 750, 1200, 1500, 2000 en de 2500 (de laatste was te herkennen aan de tiptanks aan de vleugeluiteinden. Naast de Cavalier, kreeg het bedrijf van Lindsay, Cavalier Aircraft Corporation, opdracht van de regering van de VS om oude P-51D's te up-graden voor verkoop naar het buitenland. In 1967 kreeg Cavalier Aircraft Corporation opdracht om nog een negen P-51D's te upgraden voor El Salvador.

Op de voorgrond een Cavalier Mustang F-51D Mk 2
en daarachter een tweezitter TF-51D Mk 2 in US-markings
voor deze aan Bolivia worden geleverd

El Savador was de laatste koper van de P-51, welke nu 'Mustang II' heette (deze zijn herkenbaar aan het hoge kielvlak). Het was ook de laatste keer dat de Mustang ingezet werd tijdens een oorlog. Tijdens het Wereldkampioenschap voetbal van 1969 brak de zogenaamde 'voetbal-oorlog' uit na drie wedstrijden van de twee landen. In Honduras braken rellen uit tegen emigranten uit El Salvador. En zo brak er een vierdaagse oorlog uit toen El Salvador op 14 juli 1969 de aanval opende op Honduras. Honduras had slechts enkele oude Vought F4U Corsair jagers, terwijl El Salvador, naast hun Goodyear FG-1D Corsairs, de P-51D's kon inzetten (plus nog een extra P-51 uit particulier bezit). Vijf Mustangs zouden verloren gaan tijdens de korte strijd. De laatste Mustang die verloren ging tijdens een oorlog was op 17 juli 1969, toen een Hondurese F4U-5 Capitan Humberto Varela uit de lucht schoot.

P-51D, 44-13371, een ex-El Salvador machine in 1992 als 44-84660, TF-660
(tegenwoordig als de 'Galveston Gal' van de 359th Fighter Group)

De laatste luchtmacht welke met de Mustang vloog, was de Dominicaanse Republiek. Deze heeft over de jaren zo'n 50 stuks in haar inventaris gehad en de laatste 10 werden in 1984 afgestoten. Brian O'Farrell wist op 19 mei 1984 de deal te maken door de gehele voorraad Mustangs en reserveonderdelen over te nemen. O'Farrell bracht de toestellen vervolgens op de civiele markt voor rond de $300.000. Verschillende van deze ex-Dominicaanse Mustangs vliegen nu nog steeds rond.

Deze P-51D van de Dominicaanse Republiek haalde de landingsbaan niet

HET RACE PAARD

Na de Tweede Wereldoorlog bleek de Mustang een geliefd toestel voor partuclieren. Soms voor slechts US $100 (in hedendaags geld, $25) gingen de toestellen van de hand. Al snel zag men ze verschijnen tijdens de eerste luchtraces van na de oorlog. Velen hoopten op de terugkeer van de gloriedagen van de luchtraces uit de jaren 30.

P-51D, 44-63576 (NX37492), #37 'Jay Dee' in 1948
(bestaat nog steeds onder de registratie N51DH )

Maar dat zou niet meer gebeuren, want het onderhoud aan deze moderne toestellen, het brandstofgebruik beperkte het aantal races. Maar tijdens de National Air Races in Cleveland tussen 1946 en 1949 was het voor de na-oorlogse jagers weer even in de spotlight staan. Uitgedost in in het oog springende kleuren, en met de zware militaire uitrusting verwijderd, verschenen zeven Mustangs, naast vijf P-36 Kingcobra's, vier P-38 Lightnings, drie P-39 Airacobra en en één FG-1D Corsair, aan de start in 1946 in Cleveland. Stond het oude vooroorlogse record van het circuit nog op 479.55 km/u, deze werd al snel gebroken door een P-39Q Airacobra met 659,65 km/u.

Mei 1967, P-51D, 44-74996 (N5410V)
(de toekomstige 'Dago Red')

Na 1949 werden geen echte grote luchtraces gehouden tot 1964. In dat jaar werd de eerste luchtrace in Reno, Nevada georganiseerd. Bill Stead wilde graag de ouderwetse National Air Races weer terug, en de woestijn van Nevada was daar uitermate geschikt voor, zo leek het. De toestellen konden overal noodlanden, zonder het publiek in gevaar te brengen,... zo leek het. Tussen 12 en 20 september 1964 werden de races gehouden op de Reno Sky Ranch. Voor de races waren er acht Mustangs aanwezig, waaronder de winnaar van de 1964 transcontinentale race, Wayne Adams. Bob Hoover, in een Mustang vloog als formatieleider de eerste race, en sprak tijdens de opening van de eerste race de klassiek geworden woorden;... 'Gentlemen, you have a race!' Naaste andere landelijke losse luchtraces, zou Reno de jaarlijks terugkerende luchtrace blijven.

P-51D, 44-74996 (N5410V) 'Dago Red'

Vlogen de Mustangs in de eerste jaren redelijk herkenbaar als de Mustang, met de komst van de Reno races werden de toestellen steeds vaker geheel omgebouwd tot snelle racer. Cockpits werden verlaagd, vleugels ingekort, andere motoren aangebracht. Tot op de dag van vandaag blijft de Mustang een populair racetoestel en heeft bewezen ook één van de beste te zijn. De helft van de overwinningen tijdens luchtraces gingen naar de Mustangs, dicht op de huid gezeten door Bearcat, Corsair en Sea Furies. Het record in een rechtelijn vlucht voor toestellen met een verbrandingsmotor staat op naam de Mustang 'Dago Red' met 832.10 km/u. Hiertoe was de Mustang geheel aangepast. Soms ging men nog verder, zoals bij de Mustang #84 'Stilleto' waarvan zelfs de karateristieke grote luchtinlaat onder de romp verdween en de lucht via openingen in de vleugels werd aangevoerd.

1992, P-51D-30NT, 45-11471 als racer #84 'Stilleto'
(in 1995 terug-gerestaureerd tot een TF-51D)

Ondanks dat de Mustang een populaire 'warbird' is, is het vliegen in zo'n toestel geen sinecure. Ieder jaar stort er wel één neer, het zij door mechanische problemen, een botsing in de lucht, of een andere vliegerfout. Wereldnieuws werd de crash van Mustang NX79111 #177 'Galloping Ghost' op 16 september 2011 tijdens de Reno luchtraces. Het toestel stortte ongecontroleerd neer in een deel van het publiek waarbij 11 mensen omkwamen, waaronder de 74 jarige piloot Jimmy Leeward. Naast de doden vielen er ook meer dan 70 gewonden.

16-9-2011, Mustang NX79111 #177 'Galloping Ghost' seconden voor de crash
(let op het ontbreken van het trimvlak in het bakboord hoogteroer)
(foto: Tim O'Brien, Grass Valley Union)

Het onderzoek naar de oorzaak van de crash zou zich vooral toespitsen op de enorme G krachten die het toestel te verduren zou hebben gehad, en waarbij de piloot waarschijnlijk het bewustzijn verloor, de Mustang had nog nooit zo snel gevlogen. Vlak voor de crash, welke foto's later hebben aangetoond, bleek de piloot niet zichtbaar was in de cockpit, waardoor gesuggereerd wordt dat de stoel waarin de piloot zat was losgekomen. Tevens is op foto's te zien hoe het trimvlak uit het bakboord hoogteroer is verdwenen.

MUSTANG SHOW-OFF

CA-18 Mk 22, A68-192 voor het uiteindelijk G-HAEC zou worden
(foto; Ben Rogers) uiteindelijk G-HAEC zou worden

Tijdens de bevrijdingsfeesten van 1985 was er op Zestienhoven, de luchthaven van Rotterdam een luchtshow. Naast de Lancaster, Spitfire en Hurricane van de Battle of Britain Memorial Flight, waren er ook verschillende andere toestellen, zoals een B-17 Flying Fortress, een Catalina, andere Spitfires en een Mustang aanwezig. De show werd afgesloten door het Franse demonstratieteam Patrouille de France. Maar het gaat in dit verhaal over de Mustang G-HAEC.

Mustang G-HAEC op Rotterdam Airport Zestienhoven in 1985

Mustang G-HAEC was een onder licentie in Australië gebouwde P-51D, welke als CA-18 Mk 22 geproduceerd was. Australië zou er 690 in licentie bouwen, maar dit werd teruggeschroefd tot 200 (waarvan de laatste pas in april 1951 werd afgeleverd). Mustang G-HAEC kreeg de Australische registratie A68-192 en na haar 'diensttijd' in 1958 de civiele registratie VH-FCB waarna het haar weg vond naar de Filippijnen. Na een harde landing in 1973 werden onderdelen van 44-72917 gebruikt om de Mustang weer vliegwaardig te maken. Na een kort verblijf in Korea kwam het toestel terug naar de Filippijnen waarna het in 1981 met de registratie VR-HIU in Hong Kong belandde. Kort hierop werd de P-51D (CA-18) verkocht aan de Old Machine Flying Company, en kreeg de registratie G-HAEC (naar de restauratiegroep 'Hong Kong Aeronautical Engineering Company').

Mustang G-HAEC in de 'kleuren' voor de speelilm 'Memphis Belle"

Na verschillende camouflages en beschilderingen voor onder andere speelfilms, zoals als ‘Missie Wong from Hongkong’ in ‘Empire of the Sun’ en ’Ding Hao’ in ‘Memphis Belle’, werd ze uiteindelijke als P-51D 44-72218, ’Big Beautiful Doll’ uitgevoerd van de groepscommandant van 78th Fighter Group, John D. Landers. In deze uitmonstering is ze kort te zien in de speelfilm ‘Saving Private Ryan’.

Mustang G-HAEC ’Big Beautiful Doll’

In 2011 werd ’Big Beautiful Doll’ verkocht aan het Duitse Air Fighter Academy in Bremgarten en ontving de nieuwe registratie D-FBBD. Maar vorige eigenaar en piloot Rob Davis mocht haar nog een keer vliegen op 10 juli 2011 tijdens de vliegshow van Duxford, Engeland. Tijdens een formatievlucht met een andere Mustang en een Skyraider ging het mis toen de Skyraider in botsing kwam met ’Big Beautiful Doll’. Rob Davis wist uit het toestel te springen en zichzelf per parachute in veiligheid te brengen, maar zijn oude Mustang stortte neer en werd compleet verwoest. Met een derde van de stuurboordvleugel afgerukt wist de Skyraider toch een veiige landing te maken.

De trieste resten van ’Big Beautiful Doll’
(foto: Simon Steel)

Het zou niet de enige P-51D zijn met de naam en uitmonstering van ’Big Beautiful Doll’. Ook P-51D, met de civiele registratie N551JP (over het originele serienummer is twijfel, maar waarschijnlijk 44-63634), kwam triest aan haar einde. Het toestel crashte bij Maricopa, Arizona, op 5 februari 2016 waarbij de eigenaar en tevens piloot Jeffrey Pino en passagier Nick Tramontano om het leven kwamen.

P-51D 44-73979 in de ’Big Beautiful Doll’ uitvoering in het IWM, Londen

Dat de P-51D in de uitvoering van ’Big Beautiful Doll’ een populaire is blijkt wel uit het exemplaar welke in het Imperial War Museum in Londen aan het plafond hangt. Deze P-51D (44-73979) was een schenking van Canada in 1968

Een zeer bekende Mustang is al even eerder in dit verhaal behandeld, de P-51C, 43-25147. Het is de enige luchtwaardige P-51C op dit moment, en is uit verschillende componenten opgebouwd. De vondst van een grotendeels verrotte P-51B vleugel was de aanzet om dit project aan te gaan en eigenlijk is alleen de staart en een deel van de romp, van P-51B, 43-6351 het best bewaarde deel. Het grootste deel van de romp werd gehaald uit oude Israelische P-51D. De restauratie vond plaats aan het einde van de jaren zeventig en het begin van de jaren tachtig van de vorige eeuw door Pete Regina.

De P-51C N51PR Shangri-La'

Op 11 juni 1981 koos de P-51C (N51PR) het luchtruim in handen van Dave Zeuschel. Het toestel was toen uitgerust in de kleuren en met de beschildering Shangri-La' van 'Don' Gentile, de aas met 21.8 vijandelijke toestellen op zijn naam. Regina verkocht de P-51C na vijf jaar aan Joseph Kasparoff. De nieuwe eigenaar spoot het toestel knal rood en noemde het 'The Believer'. Kasparoff zou tien jaar met het toestel rondvliegen voor hij het in 1996 te koop aanbood. In december van dat jaar wist de The Fighter Collection (TFC) N51PR te bemachtigen.

De P-51C N51PR 'The Believer' in 1991, Santa Monica

Het toestel werd bij TFC gestript van de rode kleur en er werden nieuwe kleuren aangebracht, die van Lt. William Whisner zijn P-51B-10-NA42, 'Princess Elizabeth'. Tijdens de 'Flying Legends' van 1997 was het de ster onder de demonstrerende vliegtuigen. Na meer authentieke restaurties, kwam de P-51C in 2000 onder de Britse registratie G-PSIC. Na alle restauratiewerkzaamheden ging de P-51C in juni 2006 weer de lucht in. Maar het was van korte duur, want TFC besloot de Mustang van de hand te doen aan de Amerikaan Jim Beasley. In 2007 kreeg het toestel de Amerikaanse registratie N487FS. Na enkele jaren verkocht ook Beasley de Mustang door, nu aan de Friedkin Family Warbirds, waar het nu (2013) nog steeds is ondergebracht.

De P-51D 44-72216 (G-BIXL) als 'Miss L' op Luchthaven Lelystad

Zolang er rijken der Aarde zijn en daarbij de bijkomstigheid hebben de oude luchtvaart een warm hart toe te dragen, zullen er 'Warbirds' blijven rondvliegen. Naast de luchtwaardige P-51 Mustangs, zijn er ook verschillende types in musea in de wereld te vinden. In 2013 waren er 58 Mustangs in musea of ergens statisch te bewonderen. Met de Mustang is dus iets vreemds aan de hand. Meestal staan in musea meer statische toestellen dan er van de oude vliegtuigen rondvliegen, maar bij de Mustang is dat dus anders, er waren in 2013 nog 168 luchtwaardig!

De composiet P-51D 'Audréy' te zien in het museum van Hill AF Base, Utah

In het museum van Hill Air Force Base bij Ogden, Utah, is een Mustang te vinden welke uit verschillende P-51 delen is opgebouwd. Dankzij een donatie door zakenman Val A. Browning van 250.000 dollar kon het project gerealiseerd worden. Als men bedenkt dat een nieuwe P-51 in 1944 ronde 51.000 dollar koste, dan is een niet vliegende Mustang aardig aan de prijs. In 1993 werd het voor het eerst tentoongesteld, en in 1996 overgedragen aan de United States Air Force. Het is in de kleuren van Col. Chesley Peterson zijn P-51D, 44-13371, welke was verbonden aan de 4th Fighter Group. het toestel is vernoemd naar Peterson zijn vrouw, 'Audrey' Boyes-Peterson.

P-51D-30-NA, 44-74939 in het Smithsonians National Air and Space Museum

Eén van de fraaiste collecties vliegtuigen ter wereld moet wel The Smithsonians National Air and Space Museum zijn. Naast de originele 'Spirit of St. Louis' waarmee Charles Lindbergh de Atlantische Oceaan overvloog in mei 1927, de Bell X-1 waarmee Chuck Yeager de geluidsbarriere doorbrak en vele andere toestellen die geschiedenis maakten, is er natuurlijk ook een Mustang te vinden. Deze bewuste Mustang, de P-51D-30-NA, 44-74939 werd na elf maanden vliegen en slechts 211 uur op de klok al als museumstuk weggezet door het National Air Museum. In de tentoonstelling draagt ze de kleuren van het 351st Fighter Squadron, 353rd Fighter Group, 8th Air Force. De naam, 'Willit Run?' op het toestel is fictief gekozen en verwijst naar een fabricage locatie van Ford voor de Consolidated B-24 Liberator in Willow Run, nabij Detroid, dat met moeite op gang kwam, en waar na twee jaar opbouwen, de gewraakte kreet naar verwees,... 'Will it Run?'.

P-51D-25-NT, 44-84961 als 44-13334 van Planes of Fame Museum, Chino, 1991
(hier nog zonder de naam 'Wee Willy II')

Bovenstaande Mustangs zijn maar een paar van de P-51 jagers die ik in de loop van de jaren zo tegenkwam. Het is mooi dat deze toestellen bewaard blijven, en nog mooier dat er nog steeds zoveel rondvliegen. Als statisch object in een museum kan men er meer over vertellen aan de hand van verhalen op borden, foto's en videobeelden met verhalende piloten, maar de meeste indruk maakt de Mustang als deze op volle snelheid over een vliegveld scheert en de Merlin motor tot het uiterste laat brullen, en een lichte fluittoon de P-51 verraadt. En dan altijd in het achterhoofd, die jonge jongens die ermee ten strijde trokken en daarbij vaak het hoogste offer brachten.

Op de volgende pagina: de Nederlandse P-51D Mustang(s)
en deze jager in de film(kunst)

KLIK HIERONDER EN GA NAAR
DE VOLGENDE PAGINA