'A BRIDGE TOO FAR'
Vergelijking tussen Fictie en Feit

NAWOORD

Na het terugtrekken van de 1st British Airborne Division was de strijd verre van gestreden in de corridor. De oorlog woede verder op het 'Eiland’. De corridor bleef wel ‘bevrijd’ gebied, maar het was een gebied in oorlog. De zware verliezen die geleden waren tijdens Market-Garden onder de Geallieerde troepen hield in dat er weinig verse versterkingen aangevoerd konden worden. De restanten van de 1st Airborne werden geheel teruggetrokken, maar de Amerikaanse 101st Airborne Division werd daarentegen op 2 oktober verplaatst naar het 'Eiland’ om de 43rd Wessex Division te vervangen. Hier werden bloedige gevechten uitgevochten in het gebied rond Opheusden. Zoals de actie bij Heteren, dat als 'Crossroads' bekend zou worden door de TV serie 'Band of Brothers'. De 101st para’s zouden pas eind november worden afgelost door Canadese eenheden. Ook de 82nd Airborne bleef in Nederland vanwege het grote tekort aan infanterie. De 82nd had tijdens Operatie Market-Garden 1432 man verloren, toen ze eind november werden terug getrokken hadden ze nog eens zo’n aantal verloren. De 101st had tijdens de operatie 2118 uitgeschakelde manschappen en tot eind november zou dit aantal ook verdubbelen.

Amerikaanse paratroopers proberen hulp te verlenen bij een gecrashte zwever

Van de drie Garden korpsen, de XXX-, XII- en VIII Corps was het totale aantal 5264 uitgeschakelde manschappen, waarvan 1480 van het XXX Corps. Maar buiten kijf staat de slachting onder de manschappen van de 1st Airborne. Er waren 11.920 man ingevlogen, en er sneuvelden 1458. Er werden 6525 gevangen genomen door de Duitsers waarvan de meeste gewond waren. Slechts 3910 man wisten uit de perimeter van Oosterbeek te ontsnappen. Dankzij het verzet wisten een maand later nog eens 120, van onderduikadressen en uit krijgsgevangenschap ontsnapte Britten, de Rijn over te steken.

Niet alleen was 'de brug te ver',
ook Arnhem zelf werd vaak niet eens gehaald

In Oosterbeek en Arnhem vonden 450 inwoners de dood in de hachelijke strijd. De Duitsers gaven op 24 september opdracht dat Arnhem ontruimd moest worden en zo raakten in dit gebied 95.000 mensen op drift. Arnhem werd daarop helemaal leeggeplunderd. Ook de Zuid Veluwe werd ontruimd.

De bekende foto van de uitgeschakelde Königstiger in de Weverstraat

In Arnhem en Oosterbeek waren de Duitse verliezen rond de 3300 man, waaronder 1100 gesneuvelden. De totale Duitse verliezen tijdens Market-Garden worden geschat op bijna 10.000 man waarvan een kwart het leven liet.

Een eerder bombardement op de brug mislukte, maar op
7 oktober 1944 werd de brug bij Arnhem met succes gebombardeerd

(Klik op de foto voor het bombardement op 7-10-1944)

Hoe verging het ‘De Brug’ die te ver bleek? De verkeersbrug van Arnhem, gebouwd tussen 1932 en 1935, was in mei 1940 opgeblazen door het Nederlandse leger en na herstel in september 1944 weer in gebruik genomen. Op 7 oktober 1944 werd de brug weer vernield toen deze gebombardeerd werd door Amerikaanse Marauder bommenwerpers. Vijf jaar later was de brug weer hersteld. In 1977 werd goedgekeurd dat de brug bij Arnhem voortaan de naam John Frostbrug zal dragen.

De hedendaagse John Frostbrug in Arnhem.

Lt-Col. John Dutton Frost verdween, nadat hij gevangen was genomen bij de brug van Arnhem en geholpen aan zijn verwondingen, in krijgsgevangenschap tot het einde van de oorlog tot hij bevrijd werd door manschappen van Patton zijn 3rd Army. In 1976 was hij een adviseur toen A Bridge Too Far werd verfilmd. Kort daarop bereikte hem het bericht dat de brug bij Arnhem naar hem vernoemd zou worden. Hij was eerst nogal terughoudend om die eer te krijgen, maar op aandringen van Freddie Gough accepteerde hij het met graagte. John Frost schreef een boek over zijn escapades; A Drop Too Many dat in 1980 verscheen.

A Drop Too Many, het boek van John Frost

In 1988 verscheen een boek van zijn hand dat nogal controversieel was, 2 PARA Falklands: The Battalion At War. De kritiek die hij daarin uitte was vooral gericht op het kader en dat viel slecht. Ook was de defensie slecht te spreken dat Frost namen onthulde die eigenlijk geheim dienden te blijven. Frost trok zich terug om aan zijn laatste boek te werken, Nearly There, dat in 1991 verscheen. Op 21 mei 1993 overleed John Dutton Frost op tachtigjarige leeftijd.

Major-General Urquhart (geheel rechts) keert terug in Engeland

Generaal Roy Urquhart keerde na de oorlog terug in Arnhem en bezocht daarbij de Zwarteweg 14. Hij bood de familie Derksen zijn excuses aan voor het ongemak dat hij hen had bezorgd. Ook het feit dat de mannen hun behoefte hadden moeten doen op zolder, dat speet hem erg. Urquhart bleef na de oorlog in het leger en diende in Malaya en Australië voor hij het leger in 1955 verliet. In 1970 ging hij, nog steeds in de rang van Major-General met pensioen. In 1958 had hij zijn versie van het verhaal rond Market-Garden opgesteld in het boek Arnhem (Nederlandse vertaling: 'De Slag om Arnhem', ISBN 90 229 1858 0). In 1976 was ook hij technisch adviseur bij het tot stand komen van A Bridge Too Far. Roy Urquhart overleed op 13 december 1988 op 86 jarige leeftijd.

Een vertaling van het boek van Urquhart,
rechts de inspiratie voor de omslag.

De generaals Lathbury en Hackett werden als gewonde ‘korporaals’ ondergebracht in het St.-Elisabeths Gasthuis. Beide wisten later te ontsnappen uit het ziekenhuis. Lathbury kwam later bij Major Digby Tatham-Warter (die van de paraplu) terecht die meehielp in de Nederlandse ondergrondse. Tatham-Warter hielp zelfs mee een Duitse stafwagen uit een sloot te krijgen. Lathbury ontsnapte op 22 oktober 1944 in de groep van 120 die de Rijn overstaken naar de troepen van de 101st Airborne Division.

Het St.-Elisabeths Gasthuis, na de slag en (hieronder) in 2011

Ook Hackett wist later te ontsnappen via de ondergrondse die hem op 6 februari 1945 door de Biesbosch leidde in kano's. Aan de andere kant werd Hackett opgevangen door onder andere de Canadees Leo Heaps. Bij de ontmoeting met General Urquhart wilde Hackett de wandelstok, die zijn zijde het afgelopen half jaar niet had verlaten, maar die ooit aan Urquhart had toebehoord en waar de letter 'U' in was gegrafeerd, teruggeven. Maar Urquhart zag direct de emotionele waarde die het had gehad voor Hackett, dat hij de stok met graagte aan Hackett schonk. Op 10 februari klonk over de BBC radio; 'The Grey Goose Has Flown', wat aangaf dat Hackett veilig was ontsnapt. Een zucht van opluchting ging door het huis waar Hackett in Nederland was ondergedoken geweest. Leo Heaps schreef later een zeer fascinerend boek, met de titel: 'The Grey Goose Of Arhem', over de episode tussen de landingen bij Arnhem en de ontsnappingen, waaronder zijn eigen uit krijgsgevangenschap, vanuit het bezette gebied door de overlevenden van de 1st Airborne Division.

Het veldtenue van generaal Hackett
is te zien in het Airborne Museum in Oosterbeek.

En wat gebeurde er met Myrtle de parakip? Bij toerbeurten hadden Lt. Pat Glover en zijn oppasser Joe Scott, Myrtle verzorgd. Maar tijdens een beschieting met mortieren was de kip toch omgekomen. Ze werd begraven, met para-insigne en al, in een ondiep grafje onder een heg. Lt. Pat Glover werd later gewond naar het St.-Elisabeths Gasthuis afgevoerd.

Lt. Pat Glover die met Myrtle de parakip sprong

Eén iemand mag niet ontbreken in dit nawoord, en dat is Kate ter Horst, ‘De Engel van Arnhem’. Toen zij haar huis open stelde voor ‘enkele’ gewonden, zou haar leven nooit meer hetzelfde worden. Rond de 300 gewonde soldaten werden in haar huis verzorgd. Vele stierven in haar directe omgeving. Ze probeerde de mannen op te beuren en las ze voor uit een Engels bijbeltje. Onderwijl verzorgde ze haar vier kinderen en was zwanger van een vijfde. Haar man, Jan, was door de strijd gescheiden van haar en kon zich pas veel later bij haar voegen.

Kate ter Horst

In opdracht van de Duitsers moest ze direct na de strijd vertrekken. Ze zette enkele koffers op een handkar en samen met haar kinderen en een vriend vertrok naar veiliger oorden, richting Apeldoorn. Toen ze omkeek zag ze de tientallen tijdelijke graven van de jonge mannen die in en rond haar huis gestorven waren. Ze voelde zich beschaamd dat ze al die gewonde jongens achter moest laten die haar nakeken. De oorlog hield voor haar daarna niet op. Haar oudste zoon, Pieter Albert, kwam in 1947 om door een landmijn die in hun tuin was achtergebleven. Ze speelde zichzelf in de film ‘Theirs is the Glory’ die na de oorlog over de slag werd gemaakt. Ook deden vele veteranen mee die nogmaals in hun rol kropen. Jan en Kate ter Horst werden voor hun verdiensten op 18 december 1980 door de Engelse ambassadeur in Nederland, Sir John Taylor, onderscheiden als Honorary Member of the Most Excellent Order of the British Empire.

Het huis waar zoveel jonge jongens hulp kregen van Kate ter Horst

Op 21 februari 1992 kwam Kate ter Horst om het leven op 85 jarige leeftijd toen ze met Jan aan het wandelen was. Een automobilist verloor de macht over het stuur en reed op hen in. Kate overleed en Jan raakte zwaar gewond. Jan stierf op 98 jarige leeftijd in 2003.

Cora Baltussen vocht tot haar dood voor erkenning voor de Poolse helden
rechts, Mario van Gerwen, gids battlefield tour (zie onderaan volgende pagina)

Voor de Poolse inzet tijdens Market-Garden werd het een extra bittere nasmaak. Werd algemeen de Poolse inzet geroemd en geprezen, toen het op erkenning aankwam werden de Polen massaal vergeten. Sosabowski wist zijn vrouw en enige zoon uit Polen naar het Verenigde Koninkrijk te halen. Hij ging werken als fabrieksarbeider bij CAV Electrics in Acton. Sosabowski overleed op 25 september 1967, en bij zijn begrafenis hoorden zijn naaste vrienden en collega's wie Sosabowski werkelijk was geweest. Koningin Wilhelmina was altijd al overtuigd van de Polen hun moedige strijd en wilde hen onderscheiden met dapperheidsmedailles. Maar de Britten (lees; Montgomery) hielden dit tegen, mede ingegeven door Sosabowski zijn kritiek op de gehele operatie Market-Garden en het communisme dat Polen na de oorlog aanhing. Prins Bernhard heeft dit nooit begrepen en maakte zich tot zijn dood sterk voor gerechtigheid (in onder andere het tv programma ‘Netwerk’). Ook Cora Baltussen, die de Polen bijstond direct nadat ze geland waren bij Driel, heeft tot haar overlijden getracht eerherstel te krijgen voor de Polen. Twee weken na haar overlijden werd de wens gehonoreerd.

De Militaire Willems-Orde en de Bronzen Leeuw

In december 2005 gaf het kabinet toestemming om de Poolse brigade de hoogste Nederlandse militaire onderscheiding toe te kennen, de Militaire Willems-Orde. Generaal Sosabowski werd postuum geëerd met de Bronzen Leeuw (eenzelfde direct na de oorlog uitgereikt aan General Urquhart). Op 31 mei 2006 reikte Koningin Beatrix de onderschedingen uit. Sosabowski zijn stoffelijk overschot was in 1969 overgebracht naar Warschau in Polen om daar herbegraven te worden. Zijn familie heeft de medaille in permanente bruikleen gegeven aan het Airborne Museum in Oosterbeek.
Toch blijkt dat erkenning niet gemakkelijk te verkrijgen is. In een documentaire van History Channel uit 2001, over 'The Making Of' van ABTF', wordt met geen woord gerept over de Poolse inzet, er is slechts kort een wazig foto in beeld van Gene Hackman (Sosabowski) zonder naamvermelding of welke rol (belangrijke) hij speelde,...

Klik hieronder om naar de epiloog te gaan van
Market-Garden en 'A Bridge Too Far'