VERVOLG DE KUSTWEG NOORDWAARTS VIA DE D421:
Batterie de Crisbecq
Vijf kilometer na het Leclerc Monument, via de D421, linksaf de D 69 op (Route de Crisbecq).
Dit is een mooie door een weilanden gebied dat langzaam stijgt en opeens verschijnt rechts van u de Batterie de Crisbecq.
Komt u over de D 14 (bijvoorbeeld vanaf richting Sainte-Mère-Église) dan gaat u 800 meter voorbij het dorp Saint-Marcouf, en dan
rechts de D 69 op, de batterij verschijnt dan links van de weg.
Kazemat R 683, No.1 aan de oostzijde
van de batterij in het weiland (2003)
Ons eerste bezoek aan deze batterij was in 1995, en toen was het meeste nog onder een dikke vegetatie verscholen.
Alleen de twee grote Type R 683 kazematten staken hoog boven het maaiveld uit. Sindsdien is een zeer veel veranderd.
In 2003 werd serieus begonnen de batterij uit te graven, en het loopgraven stelsel in oude staat te herstellen, en werd het
als museum opengesteld. Tot 2017 was de kaartverkoop vanuit een klein houten gebouw. Maar in 2018 was alles in gereedheid gebracht
voor de 75 jarige D-Day herdenking in 2019. Een zeer fraai ontvangstgebouw is er gebouwd naast een groot parkeerterrein. In het ontvangstgebouw
is naast de kassa, een leuke winkel en een kleine koffiecorner verrezen. Tevens is er nu de luchtdoelgeschutsbunker, die tot dan in de struiken
lag verstopt, toegevoegd aan de te bezoeken collectie.
Een open emplagement voor 15,5cm geschut
(nu staat er een Russisch 122mm kanon)
In juli 1941 werd begonnen met de bouw van de batterij met de aaneg van zes open emplacementen.
De kanonnen waren buitgemaakte Franse 155mm GPF (Grande Portee Filloux),
met de Duitse aanduiding 15,5cm K418(f) De bouw zou bestaan uit drie fases,
eerst de open emplacementen, vervolgens vanaf november 1942 tot juli 1943 de
constructie van drie R 134 munitiebunkers, vijf manschappenbunkers en twee vuurgeleidingsbunkers.
Tot slot zouden van januari 1944
tot juni van dat jaar vier grote R 683 kazematten worden gebouwd met 21cm Skoda K39/41 kanonnen (waarvan
twee gereed waren en een derde in aanbouw op 6 juni 1944).
Tevens zou er een kazemat M 272 worden gebouwd voor een 15cm kanon.
(Foto; Google Earth)
nr 1. R 622, nr 2. R 502, nr 3. L 410A, nr 4. R 622, nr 5. R 134, nr 6. R 621,
nr 7. Voedsel opslag, nr 8. 6 X open emplagementen 15,5cm, nr 9. Tobruk en kleine schuilbunker, nr 10.
2 X R 683 (+ 1 in aanbouw), nr 11. R 501, nr 12-13. Observatie en Vuurgeleiding, nr 14. vangheuvel voor No.1 kazemat
De batterij en de bouw, uitgevoerd door Organisation Todt, stond onder commando van de Wehrmacht als Heeres-Küsten-Artillerie-Regiment 3./1261.
Het HKAR 3./1261 was begonnen onder commando van Heeres-Küsten-Artillerie-Abteilung 832, maar omdat het commando in Arromanches zat,
werd het ondergebracht bij HKAR 644 welke in december 1943 overging in HKAR 1261.
Begin 1944 zou het commando
overgaan naar de Kriegsmarine, Marine-Artillerie-Abteilung 260 welke de Type R 683 kazematten met het 21cm geschut zouden bouwen.
Onder de Kriegsmarine kreeg het de naam 'Marine Küsten Batterie Marcouf'. Vanwege tactische redenen bleeft de batterij onder bevel van
HKAR 1261 ondanks het marine personeel (3 officieren, 24 onderofficieren en 287 manschappen). De marine commandant was Oberleutnant
zur See Walter Ohmsen. De verdediging rond de batterij was in handen van 6 Compagnie, 919 Infanterie Regiment, commando van Lt. Geissler,
zodat er bijna 400 man aanwezig was in het complex. Geissler zijn manschappen kregen onderdak in het dorp en in de boerderijen rond de batterij.
Luchtdoelgeschut op de L 410A bunker
Het complex werd verdedigd
door drie 2cm Flak kanonnen (1 x Flak (luchtafweergeschut) Oerikon Mk1 en 2 x Flak 38),
zes X 7,5cm Flak(f) 1897 van Franse oorsprong, en zeventien machinegeweren. Ook waren er twee 8,1cm mortieren een 5cm mortier.
Er waren drie zoeklichten in het complex aanwezig. Alles was rondom beschermd door landmijnen en prikkeldraad.
De hoofdbewapening bestond uit drie 21cm Skoda K39/41 kanonnen welke een bereik hadden van 33km. In de open emplagementen konden de kanonnen
360 graden rond draaien, eenmaal in de R 683 kazematten was dit beperkt tot 120 graden. Het eerste schot met een 21cm kanon werd afgevuurd op
19 april 1944 door Nr.1. Door een 'foutje' kwam de granaat neer in het dorpje Les Gougins aan de kust. Om een volgend incident te
voorkomen werd vóór Nr.1 een heuvel neergelegd van aarde (zie nr. 14 op bovenstaande kaart).
Kazemat
Type R 683 (No.1) van Crisbecq, Toen en Nu
Het eerste wat u van de batterij ziet zijn de twee R 683 kazematten met hun ingestorte dak.
Een bezoek aan de batterij start in het fraaie ontvangstgebouw. De manschappenbunkers en de
munitiebunkers lagen gelijk met het maaiveld en waren onderling verbonden met loopgraven,
welke voorzien waren van een camouflage bedekking. En de eerste bunker die u bezoekt is een
R 622 Doppelgruppenuterstand voor 20 man. Er zijn her en der bordjes opgehangen met een korte uitleg, ook in het
Nederlands! Door de diepe loopgraaf loopt u naar de volgende bunker, een R 502, waarin een water opslagtank en munitie voorraad
ondergebracht was. In deze bunker is een groot gapend gat te zien. Men vermoed dat dit door een granaat is veroorzaakt
afgeschoten vanuit de batterij Azeville op 8 juni 1944 na een verzoek van de commandant van Crisbecq om op de
eigen stelling te vuren om de oprukkende Amerikaanse militairen te verdrijven. Dit lukte, want de Amerikanen trokken
tijdelijk terug, waarbij 90 Amerikaanse soldaten gevangen werden genomen.
De eerste manschappenbunker die u tegenkomt in het complex, een R 622
in de nacht van 19 op 20 april 1944 werd de batterij voor het eerst gebombardeerd. Op 26 april volgde een
tweede, veel zwaarder Geallieerd bombardement. Op 8 mei vielen de eerste burgerslachtoffers door een bombardement
toen drie inwoners van St-Marcouf omkwamen. Op 15 mei werden de burgers uit de omgeving geëvacueerd. Tussen
19 april en 5 mei 1944 werd 2800 ton aan bommen op de batterij geworpen.
In de nacht van 5 op 6 juni viel hier bijna 600 ton bommen uit 101 vliegtuigen zonder bijna schade aan te
richten (enkele Flak kanonnen raakten tijdelijk buiten gebruik). Helaas vielen de meeste
bommen in de omliggende dorpen waarbij 35 burgers het leven lieten.
Ondanks missers zijn veel bommen goed neergekomen
Op 6 juni, om half twee die nacht, werden 20 Amerikaanse paratroepers gevangen genomen die tot de
502 PIR, 101st Airborne Division behoorden. Een klein uur later landde een luitenant van de 82nd
Airborne Division in het complex. Tijdens het fouilleren kwam een gedetailleerde kaart te voorschijn
waarop elke Duitse batterij in de Cotentin was aangegeven. Oberleutnant zur See Walter Ohmsen speelde
deze informatie gelijk door naar Cherbourg, waarop elke kustbatterij gealarmeerd werd.
Links: de USS Corry is zinkende (klik voor betere tijden)
Rechts: de USS Nevada vuurt haar kanonnen op D-Day (klik voor het schip)
De kanonnen van Marcouf kwamen even na 05.50 uur in actie, toen het vuur werd geopend op de Geallieerde
schepen op 17km afstand. Om 05.55 uur werd op de batterij geschoten door de Amerikaanse kruisers USS
Tuscaloosa en de USS Quincy. Ook het slagschip de USS Nevada (BB-36) liet haar zware geschut los
op de batterij. Het schoten duel kreeg een climax om 06.30 uur toen de Destroyer USS Corry (DD-463)
tot zinken werd gebracht door één enkele treffer midscheeps. Hierop begonnen ook de slagschepen
USS Texas en de USS Arkansas vanaf zeer grote afstand hun granaten naar de batterij te schieten.
De eerste zware kazemat werd door de USS Nevada om 08.00 uur getroffen, en de tweede een uur later.
De treffer van 09.00 uur sloeg naar binnen en doodde de gehele bemanning. Er zouden pantserplaten rond het kanon
worden geplaatst, maar deze waren (nog) niet geleverd. Het derde kanon, achter No.1, op het open emplagement
was nog intact. Deze zou worden gericht op het strand waar de landende Amerikaanse troepen Utah Beach op kwamen.
Dit kanon zou veel slachtoffers maken en veel schade veroorzaken aan het materieel.
De R 502 waarin (volgens de
verhalen) een granaat van Azeville insloeg
Op 7 juni bereikten de eerste Amerikaanse troepen, van de 1st Battalion, 22nd Infantry Regiment, 4th Infantry Division
Marcouf. Het duel tussen het marine geschut was nog steeds in volle gang, terwijl de Amerikanen met de
troepen van Geissler vochten. Eén van de uitschakelde 21cm kanonnen kwam op 7 juni weer in bedrijf, om
later weer uitgeschakeld te worden, maar na reparatie was deze weer in actie op 8 juni. De gevechten hielden
ook deze gehele dag aan. In de nacht van 9 juni wisten de Amerikanen binnen het batterij complex te dringen,
en verzocht Ohmsen aan de batterij van Azeville om hun 10.5cm geschut op zijn
batterij te laten vuren (waarbij een granaat in de R 502 bunker sloeg). De Amerikanen moesten hals over kop vertrekken.
Met hulp van de batterij van Azeville en slechts 94
man had Geissler de Amerikanen verdreven naar Dodainville. De Amerikanen verloren 15% van hun manschappen en
werden 98 krijgsgevangen gemaakt door de Duitsers. Ook op 10 juni kwamen de Amerikanen niet veel verder en
verloren die dag 70 man.
Batterij Crisbecq (No.2) ingenomen.
Onder: na de explosie van 21 augustus
In de vroege ochtend van de 11de juni was de batterij nagenoeg uitgeschakeld, geen munitie en verbandmiddelen meer.
De verdediging wist het de dag nog uit te zingen, maar kort na middernacht vertrok Ohmsen het complex met 78 manschappen.
In de batterij bleven 21 gewonden achter plus 126 Amerikaanse gevangenen. De volgende morgen ging het 2nd Battalion,
39th Infantry Regiment van 90th Division het complex binnen en vonden het verlaten. Het mag een klein wonder
heetten dat de batterij het zolang uithield. Batterij Azeville was op 9 juni in de loop van de dag ingenomen.
De vuurgeleidingsbunker van Crisbecq
Aan de zuidzijde van de batterij ligt de observatie en vuurgeleidingsbunker van het complex.
Het is een apart museum (Le musée Marcouf 44), en het is jammer dat het niet bij de batterij hoort.
Hun website geeft aan dat men er 'zeker 45 minuten' voor nodig heeft om het te bezoeken, dat is iets
overtrokken. Vanaf deze vuurgeleidingsbunker heeft u wel
een goed overzicht hoe het complex van Batterie de Crisbecq is ingedeeld.
Kazemat No.1 opgeblazen door de Amerikaanse genie
Amerikaanse engineers plaatsten enorme hoeveelheden springstof in de No.1 kazemat en lieten deze
springen. Het kanon van 40 ton werd uit de kazemat geblazen. De wanden bogen uiteen en het plafond stortte in.
Op 21 augustus 1944 vond er een enorme explosie plaats in No.2 kazemat. Alle munitie van het complex
was in deze kazemat opgeslagen. De gehele achterzijde klapte in elkaar en het plafond kwam naar beneden.
Een groot aantal Amerikanen rond deze kazemat kwamen om het leven en velen raakten gewond. Waarschijnlijk door
onvoorzichtig handelen is de zaak tot ontploffing gekomen.
Batterie d'Azeville
Ga na Crisbecq iets verder landinwaarts en volg de bordjes naar de Batterie
d'Azeville. Dit is ook zeker een bezoek waard. Hier zijn vier
kazematten te vinden; twee R 671 en twee R 650 (waarvan één bovenop een extra
borstwering had voor een 37mm luchtafweerkanon). Gedurende de gehele nacht van 5 op 6 juni, 1944
werd deze batterij aangevallen door Amerikaanse paratroopers. Toch wist het in de morgen haar
kanonnen te richten op Utah Beach.
In de nacht van 8 op 9 juni werd de noordelijke R 650 tweemaal
getroffen door 35,6cm granaten van het slagschip de USS Nevada. Eén treffer kan men vinden
aan de (linker) buiten zijde, de tweede sloeg in via de geschutsruimte, drong door twee
betonnen muren, maar explodeerde niet (de granaat kwam aan de achterzijde tot rust en kwam in de jaren negentig
van de vorige eeuw weer aan het licht tijdens graafwerkzaamheden).
Ondanks dat het een 'blindganger' betrof, kwamen de aanwezige Duitsers in de geschutsruimte allemaal om het
leven door de enorme klap en luchtverplaatsing.
De zware verdediging van de batterij dwong de geallieerden om de stelling heen te trekken. Maar
na intensieve gevechten viel de batterij dan toch op 9 juni.
Duidelijk is de treffer van de USS Nevada te zien in deze R 650
Tegenwoordig is het een goed bewaarde batterij die ook buiten de bezoekuren deels goed te bewonderen is. Let hier
eens op de originele 'nepsteen' beschildering die hier en daar
nog op de kazematten zit. Opvallend is dat deze kazematten een extra 'gleuf' naar rechts
hebben zodat het kanon een verder bereik naar die zijde had, de zuidpunt van Utah Beach.
Overal op de kazematten zijn sporen van granaat en kogel inslagen te zien. Hier
stonden in juni 1944, 4 X 105mm Schneider 331 (f)
kanonnen van Franse makelij opgesteld. Onder begeleiding van
een audioapparaat is het mogelijk om tunnels
te bezoeken. Deze tunnels lopen onder het gehele complex door.
Let op de oude 'nepsteen' beschildering van deze R 671
Vanuit Azeville is het een korte rit naar
Sainte-Mère-Église. Een sleutelplaats tijdens de nachtelijke
landingen van de paratroopers van het 82nd Airborne Division
en wereldberoemd gemaakt door de speelfilm 'The Longest Day'.
Op de volgende pagina gaan we naar
wellicht het bekenste stadje van Normandië;... Ste-Mère-Église.
Klik hieronder
Terug
|