TOUR DE SLAGVELDEN VAN NORMANDIË
NAAR CHERBOURG

Het volgende traject richting Cherbourg wordt eerst gevolgd over de D 116 naar het westen vanaf Gatteville-le-Phare. Via het dorpje Roville en Gouberville, gaan we naar het volgende object, de bunkers van Néville-sur-Mer. Aangekomen in dit dorp rijden we naar de kust. Om dit object te vinden, rijden we in het dorp rechts om de kerk en blijven deze weg volgen. Na een paar honderd meter voorbij de kerk op de Y-splitsing rechts aanhouden. Na ongeveer 500 meter, linksaf.

De batterij van Néville-sur-Mer stond bekend onder de naam Stp 126 Blankenese. Opvallend was dat deze batterij zeer dicht op de kust lag, bijna op het strand. De Kriegsmarine die deze batterij beheerde, had het toevertrouwd aan de 2/260 Marine Artillerie Abteilung. Men komt nu nog steeds via de originele weg het complex op, de oude wachtpost positie is duidelijk te onderscheiden.

De voorzijde van de M 272 kazemat van Blankenese, Néville-sur-Mer

Er zijn verschillende types kazematten en bunkers te vinden in dit complex. Het verschil in kazematten komt door het aantal verschillende soorten aan wapens dat de Kriegsmarine hier gebruikte. Vanaf de Kanaal eilanden kwamen enkele 94mmVickers M39 kanonnen. Twee werden geplaatst in M 158 kazematten en de derde in een M 272. De M 272 is de eerste grote kazemat die u tegenkomt en is te herkennen aan het in elkaar gezakte dak.

De achterzijde van de M 272 kazemat,
Toen en Nu

Op 20 juni 1944 bezette het 24th Cavalry Reconnaissance Squadron, 4th Cavalry Group, Néville-sur-Mer. De Amerikaanse genie is hierop druk bezig geweest om het gehele complex te vernietigen. Zoals de begeleidende foto’s laten zien zijn ze daar deels in geslaagd. Vooral de M 272 kazemat is zwaar ineen gezakt. Een bunker achter één van de M 158 kazematten, waarschijnlijk een munitiebunker, is ook opgeblazen waarbij het dak compleet uit de bunker is gevlogen en op zijn kop iets verder er naast ligt.

Op de voorgrond het uitgeblazen dak van de achterliggende bunker

Wat vooral tot de verbeelding spreekt zijn de vele betonnen tunnels die de bunkers en kazematten onderling verbonden. In het achterveld zijn deze redelijk bewaard gebleven, maar die dicht aan de waterlijn liggen zijn zwaar aangetast.

Een deel van het tunnelcomplex is bewaard gebleven

Het is een geweldig complex om in rond te wandelen. Hier kan men goed zien hoe de zee langzaam de betonnen gevaartes de zee in trekt. De grond die eerst om de bunkers lag, is deels weggeslagen. Er hangen wel plakkaten voorzichtig te zijn en uit te kijken, omdat er nog oude munitie kan rondzwerven. Maar niemand trekt zich daar iets van aan. Dat wij er een kijkje namen waren er enkele jongeren aan het paintball schieten.

De zee trekt aan het Duitse beton

Om de tocht voort te zetten richting Cherbourg, kunt u het beste dezelfde weg terug rijden naar het dorpje Néville-sur-Mer. Hier gaat u weer rechtsaf de D 116 op. Na enkele kilometers bereikt u het dorpje Vrasville. Een paar honderd meter komt u op een afslag, ga hier linksaf. Neem de D 412 bij Angoville-en-Saire. Na 4 kilometer bereikt u het volgende object dat interessant is. Vlak voor de kruising met de D 901 naar St. Pierre-Eglise ligt een groot Duits restant van een navigatiesysteem.

Navigatie systeem Erika 2.
(Google Earth)

Dit station, W 158, was de sonstige Funkführungsanlage Erika 2. Het bestond uit 6 x FuG 121 Erika Bord. Het complex is gescheiden door de D 412. Aan de westzijde van de weg ligt één deel van de steun van een antenne met, in een ander veld, daarachter een grote overwoekerde manschapbunker.

Eén van de zes funderingen van Erika 2.

Aan de andere kant van de weg, aan de oostzijde, liggen nog eens vijf van de enorme funderingen voor de antennes. Voor iedere fundering staat een bunker waarin de elektronica met de gegevens samen kwam en werd verwerkt. Tevens liggen in dit oostelijke veld twee grote manschapbunkers. Het complex ligt op privé terrein waarop nu koeien grazen, maar is goed zichtbaar vanaf de weg.

Ga naar St. Pierre-Eglise, in het centrum rechtsaf en dan na de kerk linksaf en neem de D 210 (ook wel de Rue de Calvaire genoemd) richting Fermanville. Na 4 kilometer volgt een Y-splitsing, hou links aan en ga linksaf de D 116 op, richting Cherbourg. Na ongeveer een kilometer linksaf de Villages de Marettes in. In dit gebied lag de zwaarste batterij die de Duitsers in het noorden van de Cotentin geïnstalleerd hadden om Cherbourg te beschermen.

MKB Hamburg ten zuiden van Fermanville
(Google Earth)

MKB Hamburg had vier zware kanonnen van 24cm SK L/40c/98. De bemanning bestond uit 260 man waarvan 250 van de 9 Marine Artillerie Abteilung welke onder commando stonden van Oberleutnant Rudi Ernst Max Gelbhaar. Deze had opdracht gegeven om de zware betonnen beschermende zijkant aan de linkerzijde van de open emplacementen te verwijderen zodat de kanonnen naar het achterveld konden draaien, zodat de oprukkende Amerikanen bestookt konden worden.

Batterie Hamburg, met op de voorgrond het meest noordelijke 24cm kanon
Duidelijk is aan de rechterzijde van de open stelling het verwijdere beton te zien.
(voor het vergelijk met de 'Google Earth'; linksboven is het viaduct)

Maar op 25 juni 1944 ontstond een serieus duel tussen Amerikaanse slagschepen en destroyers en Batterie Hamburg. Vanwege de verre dracht van de batterij, ongeveer 26 kilometer, was het essentieel dat deze werd uitgeschakeld, wilde men Cherbourg vanuit zee benaderen. Voor dit doel werden de slagschepen USS Texas en USS Arkansas samen met de destroyers Barton, O'Brien, Laffey, Hobson en Plunkett vormde het de Bombardment Group 2. De USS Arkansas was het eerste schip dat het vuur opende om 12.08 uur op Hamburg.

Een zware Duitse granaat van Batterie Hamburg ploft in zee
(foto genomen vanaf de USS Arkansas,op de achtergrond de USS Texas)

Batterie Hamburg wachtte tot de Group binnen bereik was en opende pas het vuur om 12.29 uur. Drie kanonnen gaven een salvo af op de USS Barton die geen schade aanbrachten. Wel werd een afketser op de romp geregistreerd.

Het duel eindigde om 15.00 uur toen de Bombardment Group 2 terug werd getrokken. De USS Arkansas had 58 12” granaten verschoten. De USS Texas had 206 granaten van 14” afgeschoten. Ook de USS Quincy had enkele schoten op de batterij afgegeven. Van de 65 inslagen die rond de USS Texas werden geteld, troffen twee het schip. De USS Barton, zoals eerder aangehaald, werd één keer geraakt, net als de USS Laffey, ook deze granaat ging niet af. De USS O'Brien werd ook geraakt. Deze granaat ontplofte wel, waarbij 13 man omkwamen en 19 gewond raakten.

Op 28 juni gaf Batterie Hamburg zich over aan de Amerikaanse 4th Infantry Division. Van de batterij is tegenwoordig weinig te zien vanaf de weg. Alles ligt overwoekerd in de landerijen. Het makkelijkste om er nog iets van te zien is met 'Google Earth' (49º40'45 50"N - 1º27'09 47"W).

USS Nevada vuurt een salvo met haar 14" kanonnen richting Cherbourg

Bombartment Group 1, waarvan het slagschip USS Nevada de zwaarste was, voer dichter op Cherbourg en beschoot daar de kustbatterijen. Rond de USS Nevada vielen 27 granaten, maar er werden geen treffers door de Duitsers gemaakt. De USS Nevada schoot 112 granaten met haar 14"/45 kanonnen en 958 granaten met haar 5”/38 kanonnen. Overal kwamen de granaten neer vanaf de Amerikaanse schepen. Ook het volgende object, dat u wel heel eenvoudig kunt bezoeken, kreeg de nodige granaten te verduren.

De vuurgeleiding en observatiebunker van Batterie Seeadler

Op de weg Villages de Marettes komt u nu op een soort van T-Splitsing, ga hier rechtsaf de Hameau Carré op. Na 800 meter linksaf (dat is vlak vóór de D 116), en in de bocht links aanhouden en de Chemin du Bruley op. Na een kilometer op de kruising rechtdoor de Chemin de la Marine op. U bent nu in de sector van Batterie Seeadler.

Batterie Seeadler (in de gele cirkels de emplacementen voor 17,4cm geschut)
(Google Earth)

De Batterie Seeadler had als hoofdbewapening vier 17,4cm kanonnen in open emplacementen. Deze liggen nog steeds, zonder de kanonnen, in de grove heide van varens op de hoogte die bekend staat als Pointe du Bruley. Ze liggen iets ten noorden, zeg maar rechts, van het pad dat in het verlengde van Chemin de la Marine ligt. Het pad is toegankelijk via een speciaal poortje om vee binnen te houden. Het zijn enorme grote emplacementen met geïntegreerde bemanningsonderkomens.

Het meest oostelijke open emplacement van Seeadler

Maar het meest in het oog springende is de observatie/vuurgeleiding die prominent op het hoogste punt staat. Een wandeling naar deze vuurgeleidingsbunker is zeker de moeite waard. Heeft u daar geen behoefte aan, dan zou u nog even terug keren naar de kruising Chemin du Bruley en rechtsaf gaan. Een 500 meter naar het zuiden liggen ook de nodige bunkers.

Nogmaals de vuurgeleiding en observatiebunker van Batterie Seeadler

We vervolgen onze tocht verder via de noordelijke kustweg, de D 116:

Naar Cherbourg

KLIK HIERONDER OP VUURGELEIDING VAN SEEADLER