1st Infantry Division
'The Big Red One'
Voor Operation Queen, op 16 november 1944, werd een enorm voorbereidend
luchtbombardement uitgevoerd door 2400 zware Amerikaanse en
Britse bommenwerpers, 80 middelzware bommenwerpers en 350
jachtbommenwerpers. Het ten noorden van Hürtgen liggende Düren
werd nagenoeg met de grond gelijk gemaakt. Ook Hürtgen en
Hamich werden zwaar getroffen door jachtbommenwerpers. Voor de
grondaanval werden vier divisies van het VII Army Corps
ingezet. De 1st Infantry Division lag op de linkerflank en zou
oprukken van Schevenhütte richting Langerwehe en Merode.
Rechts naast de 1st lag de 4th Division en deze zou Hürtgen op
links passeren. Deze beide divisies waren de oorspronkelijke
divisies geweest die tijdens D-Day in de eerste golf
respectievelijk Omaha Beach en Utah Beach bestormden.
Manschappen van de 1st Infantry Division in stelling,...
Op
rechts van de 1st-en 4th Division werd de 8th Division ingezet
aangevuld met de Combat Command R van de 5th Armored Division
overgenomen van de 28th Division. Deze eenheid had tot doel
vanaf Germeter Hürtgen in te nemen richting Düren.
Major-General Clarence R. Huebner, commandant van de 1st Division, kon beschikken over het
in Schevenhütte achtergebleven 47th Infantry Regiment, dat met
het 16th dat op de rechterflank opereerde. Op links opereerde het
26th Infantry Regiment.
Blauwe lijnen scheiden de drie
Amerikaanse divisies op 16 november 1944
(De rode lijn is de frontlijn op 6 december)
Het 47th Infantry Regiment viel Gressenich aan dat ten
westen van Schevenhütte lag. In de nacht vertrokken de Duitse
troepen uit het stadje. De volgende dag, 17 november, trokken
de tanks van het 745th Tank Battalion door Gressenich richting
Hamich om het 16th en 26th Infantry Regiment te steunen die
daar vastzaten vanwege de krachtige verdediging door het 48ste
Grenadier Regiment vanaf Heuvel 232 en vanuit Hamich zelf.
Maar ook de tanks werden tot staan gebracht. Pas op de derde
dag werd de druk door de commandant van het 16th, Col.
Frederick W. Gibb, opgevoerd door met luchtsteun van
jachtbommenwerpers en tankjagers de Duitsers terug te dringen.
Vervolgens werd na huis tot huis gevechten Hamich ingenomen.
Na de inzet van vijftien artillerie batterijen werd ook Heuvel
232 ingenomen.
Generaal Von Zangen en het wapen
van de 47. Volksgrenadiers Division
Generaal Gustav-Adolf von Zangen, de commandant van het 15de
Armee dat in september via Zeeland ontsnapt was aan de
Canadese achtervolgers gaf opdracht aan de 47. Volksgrenadiers
Division om de Heuvel 232 en Hamich weer te heroveren. Het
104. Grenadiers Regiment, van de 47. Division, dat met steun
van een Panzerkampfgruppe van de 116. Panzer Division, de
zette de aanval in op 18 november. Maar in het donker
verdwaalde een deel van de Panzergruppe, dat het
verzamelgebied miste, en in Hamich terecht kwam. Drie tanks
werden uitgeschakeld voor de Kampfgruppe uit de benarde
positie wist weg te komen. Maar de Amerikanen waren
gewaarschuwd dat er iets op til was en wisten het
verzamelgebied te vinden en te beschieten waardoor een
geplande aanval werd voorkomen. Op 29 november bereikten het
47th- en het 16th Infantry Regiment de Roer na zware gevechten
door dorpen en heuvels.
Op de rechterflank van het 16th en 47th vocht het 26th
Infantry Regiment door de bossen naar het noordoosten. Iedere
dag werd 500 meter terrein gewonnen. Op 19 november werd
een aanval van het 115. Grenadiers Regiment afgeslagen wat
vervolgens iets meer ruimte gaf om op te rukken en kasteel
Laufenburg in te nemen.
Het kasteel van Laufenburg, van oorlogschade
is weinig meer te vinden
De vierdaagse strijd had drie
kilometer gewonnen tegen een verlies van 1000 man, aan doden
en gewonden! Het verlies aan manschappen deed Major-General
Huebner besluiten het 18th Infantry Regiment in te zetten dat
op 20 november het dorp Heistern voor de helft wist te
bezetten. Tijdens een op en neer gaande gevecht wisten de
Amerikanen de rest van het dorp in de ochtend in te nemen. De
strijd had het 18th Regiment 170 man gekost aan doden en
gewonden. De Duitsers lieten 250 doden achter en er werden 120
krijgsgevangen gemaakt. Het volgende doel was Heuvel 207 dat
met veel moeite, en met grote verliezen, op de 23ste werd
bereikt nadat een bataljon vanuit de flank de heuvel had
beklommen. Drie kilometer voor Langerwehe lag vervolgens
Heuvel 203 te wachten. Verschillende tanks van het 745th
liepen vast in de modder of werden uitgeschakeld door accuraat
vuur van de Duitsers. Op de 25ste werd toch de heuvel
ingenomen door een peloton dat pas twee dagen later werd
aangevuld met versterkingen. De zware gevechten hadden
nagenoeg de complete 47. Volksgrenadiers Division vernietigd,
nog een man of 300 waren er van over.
Een Cargo M29 Weasel sleept een Jeep uit de modder
nabij Vossenack
Overlevenden van de afgeslachte Duitse 47. Division werden
toegevoegd aan de 12. Volksgrenadier Division tot Kampfgruppe
Engel. Op 26 november werd deze groep afgelost door een
bataljon jonge parachutisten van het Falmschirmjägerregiment
9. Maar deze werden vrij vlot na een Amerikaanse artillerie
beschieting tot overgave gedwongen. Op 28 november werd
Langerwehe ingenomen en lag Hürtgenwald eindelijk voor het 18th
Infantry Regiment en een bataljon van het 16th Regiment achter
hen. Maar het 26th Regiment zat nog steeds in de bossen op de
rechterflank. Na dertien dagen wroeten in de koude regen en
modder werd op 28 november de zoom van het woud bereikt.
Maar tijdens de aanval op Merode liep het op een taaie
tegenstand van het 5. Falmschirmjägerregiment. Een bataljon dat
vast zat in Merode kreeg hulp van enkele tanks voordat het enige
pad dat naar het dorp leidde geblokkeerd raakte door een
uitgeschakelde tank. Het Amerikaanse bataljon werd bedolven
onder een regen van granaten en slechts dertien man wisten de
hel van Merode te ontvluchten. Vijf kilometer voor de Roer
kwam de 1st Division tot stilstand.
Kasteel Merode, Toen en Nu
Nadat de score was
opgemaakt bleek dat in de strijd de 1st Division 4000 man
verloren had aan doden en gewonden. Daarnaast waren nog eens
zoveel soldaten geweld door uitputting, ziektes en
loopgraafvoet. Van alle divisies was the ‘Big Red One’ het
zwaarst gehavend voor slechts 7 kilometer terreinwinst.
4th Infantry Division
'Ivy Division'
Tegenover de 4th Division, die door het midden van de andere divisies zou trekken, lag over een breedte van zes kilometer 6500 man
aan vijandelijke troepen te wachten. Officieel was het de Duitse 275. Infanterie
Division, maar het bestond uit een ratjetoe van 37 verschillende eenheden. Op 16
november trok de 4th Division het vreselijke Hürtgenwald in. Op de linkerflank trok het 8th Infantry
Regiment op onder leiding van Col. Richard G. McKee. Deze eenheid trok, na het oversteken
van het riviertje de Wehe, de steile helling van het Laufenburgerwald op om vervolgens in
moordend vuur en landmijnen verstrikt te raken. In 24 uur vielen 200 slachtoffers onder het 8th.
Op de 19de november stuurde McKee een peloton M10 tankdestroyers ondersteund met een aantal lichte tanks
het gebied in. Het Duitse verzet werd nu opgerold en er werd door de Amerikanen zelfs een kilometer
verder doorgestoten.
16 November 1944, 8th Regiment, 4th Division trekt over de Wehe,...
In het midden van de 4th Division trok het 22nd Infantry Regiment richting Grosshau en Kleinhau.
Onder leiding van Col. Charles T. Lanham werd door het dichte bos getrokken. Het oversteken van de
Roter Weh en de Weiser Weh nam maar liefst drie dagen in beslag. In deze periode verloor het 22nd
Regiment van ieder bataljon haar commandant door Duitse granaten en waren er rond de 300 man verloren
aan Amerikaanse kant. Het slaan van een brug over de Weiser werd erg gehinderd door Duitse granaten en
dit werd pas beter nadat de artilleriewaarnemer van de Duitsers was opgeruimd. Parallel liep een brandgang
aan de Weiser Weh, vanuit de 8th Regiment sector, en deze werd ‘schoongemaakt’ van Duitsers zodat deze ook
gebruikt kon worden voor bevoorrading. De zware gevechten om deze route duurden tot 21 november.
Hadden de twee noordelijke regimenten het zwaar, op de rechterflank trok het 12th Regiment om het verloren
gebied weer in te nemen en de weg Germeter-Hürtgen veilig te stellen. De voortgang van het 12th liep zo
traag dat haar commandant, Col. Luckett uit zijn functie werd gezet.
Het 8th Regiment, 4th Division, neemt op 18 november even een pauze
(Pvt. Maurice Berzon, Sgt. Bernard Spurr en Sgt. Harold Glessler)
De Duitsers probeerden de 4th tegen te houden met restanten van 275. Infanterie Division en
de 116. Panzer Division. Maar deze waren aan het einde van hun inzet van manschappen. In allerijl
werden troepen aangevoerd van de 344. Infanterie Division. Op 21 november was de 4th Division
slechts twee en een halve kilometer verder gekomen. De verliezen waren toen al opgelopen tot 1500
doden en gewonden. Verder waren er enkele honderden afgevoerd door ziektes. Onderwijl was opdracht
gegeven aan het Vde Corps om de 4th Div. te ondersteunen en uit het zuiden op te rukken. De 4th ging
zich nu concentreren op Grosshau. Op de 22ste november werd de strijd hervat door het twee bataljons
schijnaanvallen uit te laten voeren naar het oosten. Onderwijl trok één bataljon van het 8th Regiment
over de flanken noordwaarts. Een reserve bataljon bezette een kruispunt in het zuiden dat toegang gaf
tot het oosten en richting Düren en naar Grosshau. Ook een bataljon van het 22nd Regiment wist via de
flank op te rukken en 700 meter ten westen van Grosshau zich tegen de avond in te graven. Het was de
bedoeling dat de flank ten westen van het 22st Regiment beschermd zou worden door het 12th Regiment.
Maar dit was zo verzwakt door de gevechten bij Germeter dat het niet kon voldoen aan haar opgelegde taak.
Ondanks dat er tanks werden ingezet was het een hopeloze situatie om Grosshau in te nemen. Drie tanks
gingen verloren door anti-tank vuur en de infanteristen moesten zich terug trekken in de bossen.
22 november, Duitsers vuren met artillerie op de Amerikanen,...
Op 26 november kregen de manschappen van de 4th Division drie dagen rust. Het gat tussen het
8th- en het 22nd Regiment werd in die periode opgevuld door het 12th Regiment. In deze
rustperiode vervingen de Duitsers de uitgeputte troepen van de 344. Infanterie Division
door de 353. Volksgrenadiers Division. Op 29 november opende het V Army Corps een aanval
op Kleinhau om de druk van Grosshau af te halen zodat het 22nd Regiment hier een aanval kon plegen.
Maar de aanval op Kleinhau strandde in de modder en het vuur van Duitse artillerie. Tegen de avond
wisten de Amerikanen de hoofdweg achter Kleinhau te bereiken en tanks richting Grosshau te sturen.
De Duitse verdediging stortte daarop in en werden honderd Duitse soldaten gevangen genomen. Het
22nd- en 12th Regiment keken bij het ochtendgloren op Gey uit met achter zich het afschuwelijke woud.
Het 8th was nog steeds aan het ‘modderen’ om het dorpje Hof Hardt in te nemen, wat niet lukte.
Op 1 december werd er geconcilieerd door de 4th Division in afwachting om afgelost te worden
door de 83rd Division. De vijf kilometer winst had vanaf 16 november had 6000 man gekost, waarvan
2000 door uitputting en ziektes (zoals loopgraafvoet en luchtwegaandoeningen).
Voor de inzet van de 8th Infantry Division
en het nawoord, klik op onderstaande foto.
|