GARDE REGIMENT 'JAGERS'
LICHTING 77-1

Mijn 'Hepla' (herkenningsplaatje)

Mijn 'Strijd' gaat verder

Juni 1977 begon niet goed voor Nederland. Er was een school bezet en een trein gekaapt door Zuid-Molukkers. De spanning liep hoog op en een uitzicht op een goede afloop werd nog niet gevonden. Op 11 juni zou het Garderegiment Jagers de beveiliging overnemen bij de Punt waar de gekaapte trein stond. We moesten dus gedwongen binnenblijven. Om ons bezig te houden mochten we onze PSU natellen. En om ons te vermaken werd er een kartbaan aangelegd op het kazerne terrein.

Karten om de tijd te doden tijdens het wachten om naar 'De Punt' te gaan

Discussies werden gevoerd over de zaak. Dit liep soms uit de hand. Een Molukse jongen voelde zich beledigd en vond het nodig dit te onderstrepen door de loop van een Mag machinegeweer in iemand zijn rug te gooien. Zaterdag 11 juni, we waren bezig ons klaar te maken voor vertrek, kregen we te horen dat Mariniers en Starfighters van de luchtmacht de zaak hadden opgelost, we mochten naar huis.

De gekaapte trein na de aanval door de Mariniers op 11 juni 1977 (een gatenkaas)

Pantserstorm

Op een dag werd ons medegedeeld dat we veertien dagen gedrild zouden gaan worden door het Korps Commandotroepen in Roosendaal. Oefening ‘Pantserstorm’ gonsde al geruime tijd als gerucht door de kazerne. Het zou hel op aarde zijn, bruten van kerels, hufters van het zuiverste water, geen mededogen met dienstplichtigen,… Er bleek geen woord van gelogen.

'Pantserstorm' in Roosendaal, de afschuwelijke slappe touwbaan

De touwbaan in Roosendaal was zo slap dat je constant het idee had dat je eraf zou donderen. De 20 meter hoge toren waarvan we moesten ‘broekzakken’ (abseilen) en tokkelen was de minste enge opdracht. Al dachten anderen daar anders over. Ik had geen hoogtevrees, ik had juist als timmerman ruim een jaar aan de houten Westertoren (36 meter) in Enkhuizen gewerkt. Tokkelen ging via een lus geslagen om een schuingetrokken touw, en dan zoefde je naar beneden. Dit moest minstens één keer, maar vrijwillig werd dit aangemoedigd, om meerdere keren te doen. Een leuk onderdeel wat ik dus enkele malen heb volbracht. Maar er waren enkele Jagers die huilend bovenstonden, of vol vrees onder aan de toren stonden te trillen. Er trok zelfs iemand een mes tegen de instructeur, zo vol angst zat die man. De commando ontwapende hem fluks en de 'dienstweigeraar' werd afgevoerd.

De Toren der Verschrikkingen, (links het 'tokkelen')
(ja, je kon gezellige ansichtkaarten kopen voor het thuisfront,...)

In de eerste week verrekte ik mijn knieband. De dagelijkse speedmars kon ik op een gegeven moment niet meer volhouden. Er was een stukje in de route dat langs het kampement voerde. Sergeant Jonk voelde wel dat ik niet speelde en gaf slinks opdracht de bosjes in te duiken en de brits op te zoeken. Dankzij zijn zorgen was het voor mij mogelijk de oefening af te maken.

In het veld moesten we een kip slachten. In kratjes werden de legbatterijdieren aangevoerd. Een bakje met kippenbloed ging rond,… wie durfde. Ik was de enige die een vingertop in mijn mond durfde te steken. De oude taaie kip was geen succes (maar we deden de dieren een plezier door ze uit hun lijden te verlossen). We mochten het weekend naar huis, maar niet voor we vol waren gestouwd met dreigementen,… mochten we een idee hebben niet terug te keren voor een tweede week.

Buiten verwachting keerde iedereen de tweede week terug, wij lieten ons niet kennen. We moesten vlotten bouwen om een zijtak van de maas over te steken. Tevens moesten we ontkleed het koude water oversteken,… het was ZO koud. In de gedachte van de 82nd Airborne Division die tijdens Market-Garden in september 1944 de Waal overstaken, moesten ook wij met roeiboten de maas oversteken onder dikke vette rook. Eén sprong te vroeg uit de boot en we zagen hem met bepakking en al verdwijnen. Hij was bijna verzopen. En toen moesten we die oefening overdoen,.. we schreeuwden te hard tijdens het sleuren van de boot over de dijk, en we hadden het buiten de tijd afgelegd,… met 5 seconden.

De voorlaatste dag werd de uitputtende 20 km lange dijkenmars gehouden. Mijn knie hield het vol, al was het krap. De jongens hielpen mij door af en toe mijn wapen of ander uitrustingstuk te dragen. De laatste oefening was een nachtelijke gang over de Drunense duinen en de bossen. We werden ingedeeld in groepjes van een man of vier. Ik nam het heft in handen, want ik was de enige die ‘op de sterren’ kon lopen,… en gelukkig was het een heldere nacht. Wij kwamen als eerste binnen en in een record tijd. Oververmoeid rolden we in een korte slaap.

Bij het eerste licht kwamen de laatste binnen en die konden gelijk aantreden voor de afmars naar de kazerne in Schaarsbergen. De kapitein probeerde nog de strijdkreet van de Jagers uit ons te krijgen (‘Alléz Chasse!’),… maar meer als wat onduidelijk gemompel of obsceniteiten kwam niet uit de groep. Het luidste klonk de kreet; 'Alléz Punk' (het was in deze periode dat deze nieuwe muziekstroming zich aandiende). We kropen in de vrachtwagens en zochten een plekje op onze plunjebalen. Iedereen viel in een diepe slaap,… zelfs ik,.. ik die nooit in een voertuig kon slapen.

Als dank voor mijn uithouding mocht ik een cadeaubon ontvangen van ik meen 15 gulden bij de Blokker. Een ander cadeautje was de kapotte knie, die speelt iedere keer op als het slecht weer gaat worden.

Ongeveer een jaar nadat ik mijn dienstplicht had vervult verschenen stukjes in de krant en werden er kamervragen gesteld. Er was een verschil, opkomen voor je nummer, of dat je koos om militair te worden. ‘Pantserstorm’ zou nooit meer hetzelfde worden. Mocht het bovenstaande krantenbericht beweren dat je er trots op bent,… nee,… dat ik het de rest van mijn leven met me mee draag,… ja.

Soms hoorde je van collega-militairen dat zij zich dood verveelden. Bij de Jagers was daar geen sprake van. Een dag vrij betekende wapenonderhoud, sporten, les in tankherkenning, wacht lopen, brandpiket spelen, in de garage helpen etc.. Naast dit soort ‘vrije’ dagen lagen we in het veld of waren op de schietbaan. Tot mijn grote schande moet ik bekennen een record te hebben,… een dubieuze. Tijdens het oefenen met dummy handgranaten bleek ik een slechte werper,… zo slecht dat ik het record ‘dichtbij’ gooien in mijn bezit heb. Dit kwam nog meer tot uiting tijdens het ‘live’ werpen van scherpe handgranaten. Bij mij was het de enige die de scherven van de granaat in het overhangende veiligheidscherm boven onze werpbunker deed binnendringen. Bij de volgende pogingen werd dit niet beter, en de andere jongens waren als de dood dat ik de granaat niet eens over de lage muur kon krijgen.

Nederland was in 1977 nog het enige land in Europa dat oefende met scherpe landmijnen. Om te laten zien wat het effect was van zo’n ontploffende mijn liet men er één exploderen op een paar honderd meter van ons af. De klap was niet alleen oorverdovend, ook de bende die daarna uit de lucht kwam vallen deed ons dankbaar zijn dat we een helm droegen.

De scherpe mijnen liggen al uitgestald achter mij

De oefening was ‘simpel’. De mijn werd zonder ontsteking in het zand gegraven. Vervolgens werd er dan een glazen buisje in de mijn gelegd en die werd dan met een grote afdekmoer geborgd. Probleem was dat het glazen buisje er maar op één manier in kon. Op een derde van het buisje liep een randje,… wat in hield dat aan de andere kant van het buisje tweederde overbleef.

Het effect van een exploderende mijn
(rechts een Baily brug)

Ik werd samen met een dienstplichtige sergeant aangewezen om als eerste een mijn scherp te stellen in de zandbak. Daar aangekomen bekroop me een onzeker gevoel, Welke kant moest nu als eerste ook weer geplaatst worden. Ik was het echt vergeten. Het zweet gutste van mijn kop toen ik naast de mijn lag en in het donkere gaatje loerde. Ik zei tegen de dienstplichtige sergeant dat ik niet meer wist welke kant eerst moest. Hij had ook niet goed opgelet,… We besloten toch de gok te wagen, want er werd op ons gelet. Ik deed de glazen ontsteker erin en draaide voorzichtig de moer erop. Toen het iets begon te kraken (zand?),… besloten we dat het goed genoeg was. We haalden snel de ontsteker eruit en schoven ook snel de zandbak uit. Met bonkend hart hielden we ons stoer en verkondigden dat het een fluitje van een cent was.

Stadsgevechten oefenen werd gedaan in Oostdorp
(Kapitein Van Dijk, rechts, ziet dat het prima gaat)

Ontspanning vonden we in de avond bij de film, een luidruchtig concert, of biljarten, in de PMT of in de gemeenschapshal bij de Jukebox, onder het genot van een frikandel of broodje kroket (als het eten in de eetzaal weer eens niet naar onze smaak was). Een enkele keer gingen we te voet naar Arnhem om daar een café te bezoeken.

De eetzaal van de Oranje Kazerne voor de 'gewone' soldaat

In september 1977 ging de speelfilm 'A Bridge Too Far' in première, onder andere in de bioscoop van de Oranje Kazerne. Het toeval wilde, dat ik diezelfde dag mijn eerste rijles in een auto zou gaan doen. Ik had berekend, dat als de eerste vertoning af was, dan kon ik snel naar de poort en mij vervoegen bij de rijschool uit Arnhem die daar op mij zou wachten. En ja, daar stond de rode Toyota Corolla reeds te wachten. Na het voorstellen, vroeg de instructeur of ik brommer kon rijden, ja dat kon ik,... nou dan kon ik dit ook,... en daar togen we op Arnhem aan. De Corolla had geen leren bekleding, en mijn zwetende rug plakte tegen het plastic toen we de drukke stad ingingen. En opeens draaiden we richting een bekend object, de John Frost brug, de hoofdrolspeler uit 'A Bridge Too Far'. Duizend doodangsten verder, keerden we terug bij de kazerne. Het mag een klein wonder heten dat er die avond in september geen gewonden en doden zijn gevallen tijdens die 'rijles'. Drijfnat zogen mijn kleren los uit de kunstof stoel en zwaaide ik de instructeur na,... deze les was voor mij 'een brug te ver geweest'. Na mijn diensttijd nam ik 'normale' lessen en slaagde in één keer (misschien toch die harde leerschool?).

Oefening 'Inter-action'

Oefenen met onder andere Amerikaanse troepen
(Foto: collectie Cavalarie Museum, Amersfoort)

Op 22 september ging Oefening ‘Inter-action’ van start in West-Duitsland. Het was een gezamenlijke oefening met verschillende eenheden, waaronder ook Duitse en Amerikaanse troepen. Het zou een oefeningen worden met verstrekkende gevolgen voor mij. Aangezien mijn 'slapie' Jan de oefening niet kon volbrengen, bleef ik achter met de TLV, en werd ik schutter en assistent in één. Al vrij vroeg tijdens deze oefening verloor ik het telescoopvizier van de TLV.

Maar naast de episode van het verlies van mijn telescoopvizier van mijn TLV kijk ik terug op een avontuurlijke oefening. Het begon met mooi weer en we waren nog maar net de poort van de kazerne uit, of de achterbak van de YP lag te snurken. De enige die met grote waakogen weer niet kon slapen, dat was ik,… oja en natuurlijk de chauffeur en bijrijder/.50 schutter (die in de gaten moest houden of rechts vrij was, want de chauffeur kon niets zien naar rechts vanwege de geschutspost op de YP).

Een sanitaire stop ergens in Duitsland

Onze eerste halte voor de nacht was midden in een dorp. Hier mochten we 's avonds de kroeg bezoeken. Hier denderden de voertuigen en tanks door de straten om zich op te maken voor de oefening. Een Leopard tank was iets te breed en verwoeste in het voorbijrijden een personen auto. Er werd zeer veel vernield. We scheurden door akkers vol mais en dergelijke. We haalden hele hooibergen leeg om onze voertuigen te camoufleren. Maar we begrepen ook dat achter ons aan de schademannen kwamen om de boeren af te kopen.

Een leeggehaalde hooiberg om de YP408 te verbergen
'Appie' Zandstra heeft de wacht achter de .50

Regelmatig tijdens een stop een dorpje kwamen de bewoners even kijken. Een enkele keer was er een oud strijder tussen die een arm of been verloren was in Rusland (ze hadden nóóóit in Nederland gezeten). Maar er was altijd die sprankel in hun ogen bij het aanschouwen van ons materieel. Wat opviel was dat de bevolking altijd zeer aardig was en zelfs beschikte over enige humor. We stonden voor de nacht ergens bij een verlaten station. Ik had nachtwacht achter de .50. Probleem was vooral in Duitsland, zodra we in het veld waren de voedselvoorziening erg te wensen over liet. Midden in de nacht werd vaak pas de warme hap gebracht en gelijk ook maar het ontbijt. Nu was het al nacht, en nog steeds hadden we geen eten gehad.

Ik houd de wacht achter de .50 op de YP408

Ik zag al enige tijd een melkbus staan. Honger en dorst dreven me stilletjes uit de geschutskoepel en naar de bus. In het donker lichte ik het deksel en duwde mijn mok in de witte heerlijkheid,… een dikke slok bracht me kokhalsend terug uit mijn roes. Pure vette room zakte door mijn keelgat. Misselijk en beroerd heb ik mijn hondenwacht uitgedraaid. Ik kroop op een stuk karton op het perron van het stille station en trok een dekzeil over me heen. Een uur later hoorde ik ergens bellen rinkelen. Twee stationwerkers liepen met een wekker over het perron en boden schnaps aan de jongens die lagen te slapen. Een enkele nam zo’n ‘opwarmer’ op de lege maag. Deze waren de rest van de dag niets meer waard,… te slap om op de benen te kunnen staan.

Klaas Marijt, een eerste klas chauffeur, rust even uit in Duitsland
(Klaas is ooit beschuldigd door de vrouw van kapitein van Dijk
dat hij op Freddy Mercury leek)

De oefening in Duitsland is door mij nooit begrepen. We reden maar rond, sloegen een bivak op, reden weer verder, werden gevangen genomen, moesten weer wachten, trokken weer verder, sloegen weer ergens op, haalden een hooiberg leeg en dat ging dag in, dag uit zo door. Als gewone soldaat werden we nergens in gemoeid, het was duidelijk iets tussen officieren.

Naarmate de oefening vorderde, verslechterde het weer. Het was op het laatst overleven en uitkijken naar de dag dat we weer naar Schaarsbergen konden terug keren. Dat was op 1 oktober. Maar we mochten nog niet naar huis. Eerst het wapenonderhoud. Ik had een probleem veroorzaakt met de TLV. Niet alleen was ik mijn kijker kwijt, maar de regen had de binnenzijde aangetast met roest. In de roest zaten stukken rood papier vastgeplakt van de ‘Thunderflashes’ (zware voetzoekers) die mijn assistent, Ron C. erin had gegooid ter verhoging van het effect. Een paar dagen stond de TLV rechtop en regelmatig goot ik wapenolie in de pijp en dan maar schrobben.

Niet alleen de TLV vergde onderhoud, ook de UZI moest uit elkaar

Maar er was dus dat akkefietje met mijn TLV-kijker, die ik kwijt was geraakt tijdens oefening 'Inter-Action'. Aangezien ik in het veld opeens weer tot TLV-schutter was veroordeeld, droeg ik dus ook de verantwoording. Een verantwoording die mij was opgedrongen door een situatie waar ik geen hand in had. Ik was niet vrijwillig in dienst, 'ik moest', en dan ongevraagd de verantwoording aan mij te geven,... dat werd een 'probleem'.

GEREED OM NAAR DE VOLGENDE PAGINA TE GAAN
HET DRAMA VAN DE TLV-KIJKER,...