Northrop P-61
Black Widow

Te laat en eigenlijk te groot als een jachtvliegtuig? Of zijn tijd ver vooruit en daar heeft grote niets mee van doen? Welke stelling is juist? In mijn ogen beide. Probleem met de Northrop P-61 was haar lange ontwikkeling. Dat lag niet aan Northrop maar aan de nieuwe techniek en tactiek die gevraagd werd voor het toestel. Het moest een specifieke nachtjager worden en daartoe moest er een radar in komen. In 1940 werd de Douglas A-20 getracht om te toveren tot de P-70 nachtjager. De Amerikanen keken met een schuin oog hoe de Britten de RAF Boston verbouwden. Ondanks dat Amerika neutraal was, waren ze openlijk op de hand van de Britten en leverden als zodanig de nodige wapens, waaronder vliegtuigen. Daarom waren de Britten ook niet bevreesd om haar radarkennis te delen met Amerika. Voor Amerika bij de oorlog betrokken raakte, eind 1941, had ze dan ook 60 AI-radar (Airborne Interception) verkregen voor inbouw in de P-70. In september 1940 kregen de Verenigde Staten ook de beschikking over waarschijnlijk het belangrijkste Britse geheim, de ‘cavity magnetron’. Dit systeem opereerde in de centimetergolflengte, wat een grote verbetering ten opzichte was van de metergolflengte die tot dan gebruikt werd.

P-61 Black Widow

Op 18 oktober, 1940 werd besloten een ultramoderne jager te ontwikkelen, waarbij de radar het belangrijkste wapen zou worden. De Britse GEC magnetron werd gecombineerd met een Westinghouse pulser, een Sperry schotelantenne en een ontvangstantenne. De gegevens werden verwerkt in een ontvanger van Bell Telephone Laboratories waarna de uitkomst op een oscilloscoopscherm van General Electric werd vertoond. De installatie werd voor het eerst getest in een Douglas B-18A, op 18 maart 1941. Na geslaagde testen werd het systeem als de SCR-720 in productie genomen en ook gebruikt door het land dat Amerika er aan had geholpen, de Britten namen het in vele nachtjagers in gebruik als AI. Mk X.

John Knudsen Northrop

Northrop was niet een firma dat een logische kandidaat was om een nachtjager te gaan ontwikkelen. Het enige militaire vliegtuig dat Northrop tot dan had geproduceerd was de N-3PB, een éénmotorige, op twee drijvers staande patrouille bommenwerper voor Noorwegen, die er 24 van afnam. In oktober 1940 kreeg John K. Northrop de nieuwe opdracht tot het ontwerpen van een nachtjager. Zijn rechterhand, Walt Cerny toonde hem op 5 november van dat jaar een eerste opzet met de NS-8A. Het leger accepteerde het ontwerp, na enkele aanpassingen, op 17 december. Er werd $1,167.000 beschikbaar gesteld om twee prototypen te bouwen onder de aanduiding XP-61.

De mannen achter (in dit geval 'vóór') de Northrop P-61 'Zwarte Weduwe';
vlnr. John W. Myers, Max Stanley, Harry Crosby en Alex Papana

Van meet af aan was duidelijk dat het een groot vliegtuig zou worden, de grootste jager die Amerika ging produceren had de afmeting van een middelzware bommenwerper, zoals de B-26 Marauder en de B-25 Mitchell (die beide zelfs een kleiner vleugeloppervlakte hadden dan de P-61). Er zou een driekoppige bemanning in plaats moeten krijgen, een piloot en radar-schutter in tandem, en achterin dan nog een staartschutter. Een opvallend kenmerk in het ontwerp waren de dubbele staartbomen waarin twee Pratt & Whitney R-2800-A5G motoren werden geplaatst.

Northrop P-61 Black Widows onder assemblage

Bij de presentatie van de mock-up op 12 april, 1941, werden 76 veranderingen voorgesteld. Waaronder de vier 20mm kanonnen, die in eerste instantie in de vleugelwortel waren ondergebracht. Deze moesten verplaatst naar onder de romp zodat het vuur beter geconcentreerd zou worden. De geschutskoepel met twee .50 Browning machinegeweren onder de buik vervielen. De voorgestelde koepel met vier .50’s op de rug bleef gehandhaafd. Er werd een contract verkregen voor 150 P-61’s in september, 1941, waarbij een extra order overheen kwam van nog eens 410 op 12 februari, 1942!

Het eerste prototype, de XP-61, 41-19505

Op 26 mei, 1942, ging het eerste prototype, de XP-61, 41-19505, de lucht in met Vance Breeze als testpiloot, vanaf Hawthorne. Het tweede prototype, de 41-19510, koos pas het luchtruim voor haar eerste testvlucht op 18 november, 1942. Deze was geheel zwart gespoten (de eerste was onbeschilderd), en was de naam geboren voor de P-61,…Black Widow. Voor er aan productie gedacht kon worden moest er nog heel wat aangepast en veranderd worden. De oorspronkelijke zelfdichtende brandstoftanks van 1023 liter, werden aangevuld met twee tanks van 455 liter. Tevens werden er voorzieningen aangebracht voor twee afwerpbare tanks van 1173 liter.

De SCR-720 radar in de P-61

Pas eind april, 1943, werd de radar geïnstalleerd in het tweede prototype. Rond deze periode kregen ook de eerste 13 YP-61 voorserie prototypen (41-18876/41-18888) hun vorm. Al deze pre-productie machines vlogen in augustus en september.

Pre-productie YP-16, 41-18877
(let op het ontbreken van de middelste twee machinegeweren in de rugkoepel)

Toen de eerste P-61A's al in productie waren, bleek tijdens testen met de pre-productie machines dat bij het vuren vanuit de rugkoepel de P-61 moeilijk in bedwang te houden was. De eerste 37 stuks werden afgebouwd met de rugkoepel, waarna de koepel werd weggelaten bij de verdere P-61A’s. Om bij de eerste koepels de klappen op te vangen werden deze versterkt en veelal werden de binnenste twee machinegeweren weggelaten.

Een 'Black Widow' geeft even een 'vuurtje'....

Aan het einde van de eerste series (200 stuks) van de P-61A, waren de problemen opgelost met de koepel, en werden het laatste dozijn weer uitgerust met de rugkoepel (de opvolger, de P-61B (450 gebouwd) werd vanaf het 200ste toestel met de verbeterde rugkoepel uitgerust). Ook het schieten van de 20mm kanonnen onder de romp veroorzaakten heftige klappen op de structuur, waardoor de panelen en luiken beter vergrendeld moesten worden.

Het geschut van de Black Widow krijgt onderhoud

De eerste P-61’s werden afgeleverd vanaf maart 1944 bij het 348th NFG (Night Fighter Group) en 481st NFG, gestationeerd in Florida, om zich vertrouwt te maken met de Black Widow. De piloten die voor het eerst de P-61 zagen schrokken van de enorme afmetingen van dit jachtvliegtuig, maar eenmaal gewend, vond men het over het algemeen goed te hanteren. Al waren aerobatics nooit vrij van problemen. Waarschijnlijk de grootste gewenning aan de P-61 voor de piloten waren de propellers van 3,71cm die vlak langs de cockpit draaiden.

De cockpit van een P-61

Vanaf mei 1944 kwamen de eerste P-61’s aan in Engeland, bij het 422nd en 425th NFS. Terwijl de zwermen vliegtuigen naar Frankrijk trokken op 6 juni om de landingen in Normandië te ondersteunen, zaten de bemanningen van de P-61 in kaslokalen om de systemen beter te leren kennen.

Links, het P-61 Black Widow handboek

De eerste daadwerkelijke inzet van de Widow in Europa was tegen de V-1’s. Ondanks goede successen, ging toch één P-61 verloren. Deze nam een V-1 vanaf dertig meter onder vuur, de explosie van de V-1 veroorzaakte de crash van de P-61. Vanaf augustus werd het vijandelijke gebied ingetrokken waarbij talloze locomotieven en voertuigkonvooien werden vernietigd. Tevens vielen ook de eerste slachtoffers onder de Duitse Luftwaffe, zoals Bf 110’s, Me 410’s, Fw 190’s etc. Het waren niet de eerste luchtoverwinningen voor het toestel, die eer ging naar een Black Widow die in het Pacific gebied operereerde. Op 6 juli, 1944 werd toen door een toestel van de 6th NFS, een Japanse Mitsubishi G4M ‘Betty’ bommenwerper neergeschoten.

- Martha Gellhorn -

Hoe ze het voor elkaar kreeg blijft onduidelijk, maar Martha Gellhorn, een journaliste die schreef voor het magazine Collier (en getrouwd met de bekende schrijver Ernest Hemmingway) kreeg het als eerste vrouwelijke journalist voor elkaar om op een nacht missie in een P-61 Black Widow mee te gaan. Er was geen vierde zitplaats in een P-61, de enige ruimte waar Martha een plekje kon krijgen was helemaal achterin, vlak voor de plexiglas koepel. Op het toegangsluik werd op het trapje een kratje gezet met een kussentje, de zitplaats voor de journaliste voor de komende uren. Ze zat dik ingepakt aan de voeten van de radioman, tevens de achterste schutter, die haar uitlegde dat als ze 'moesten springen', dat ze een hendel moest overhalen, en dan zou ze zo uit het toestel vallen. Martha zat eerste rang. Gedurende de vlucht probeerde ze in de ijzige kou van min dertig graden te begrijpen wat de piloot tegen haar zij in haar koptelefoon. Vanuit de plexiglas koepel keek ze achterwaarts, tussen de dubbele staart, de duistere nacht in.

De plexiglas koepel met het toegangsluik waarop het kratje van Martha stond

Ze vlogen over Duitsland nabij Keulen toen de piloot de P-61 overhelde en enkele kilometers naar beneden dook, een sensatie die ze kranig onderging. Ze hoorde de piloot brabbelen, het bleek dat ze luchtafweer op deze manier ontweken. Vervolgens achtervolgden ze enige tijd een Duits toestel dat wist te ontsnappen, waar de piloot zeer ontstemt over was. Martha zag zelfs een gevreesde V2 raket loodrecht de de donkere nacht inspuiten. Vanuit dieper in Duitsland steeg een vuurbal op die binnen enkele seconden over de horizon verdween. Na de landing zag ze de piloot, en noteerde: We had been out al little over two and a half hours, and the major was almost blue with cold. He had not been heavily dressed, because he could not fly the plane if his body was hampered by all that clothing. So for two hours and a half now, and probably two and a half hours later that night and every other night, he would sit in a plane in a temperature of thirty below zero and simply take it. He did say in passing "Gosh it's cold!"
Het artikel over deze nacht werd gepubliceerd in Collier onder de titel 'Night Life in the Sky', op 17 maart 1945.

Meer over de journaliste Martha Gellhorn
KLIK HIER


Veel Black Widows waren voorzien van opvallende nose-art
zoals P-61A-1, 44-5527, 'Moonhappy' van het 6th NFS

Terwijl de eenheden in Europa steeds minder doelen vonden voor hun P-61, in de Stille Oceaan vonden de Black Widows nog genoeg doelen. Als ze geen tegenstanders in de lucht vonden werden wel gronddoelen bestookt met raketten en boordwapens.

XP-61E, 42-39549, later het prototype voor de XF-15 Reporter

De fraaist ogende versie was de XP-61E. Dit was een variant dat als escortejager was bedoeld voor de B-29 bommenwerper. De radarbediener was vervallen en twee vliegers zaten onder een grote plexi-glazen kap in tandem. De plek van de radarschotel werd ingenomen door vier .50 machinegeweren. Het tweede prototype ging verloren op 11 april 1945 en verdere ontwikkeling werd gestopt. Het overgebleven prototype van de XP-61E, de 42-39549, werd verbouwd tot fotoverkenner, de XF-15 Reporter. Alle bewapening werd uit de neus verwijderd en er werden camera’s geïnstalleerd. Een vervolg prototype was de XF-15A, 43-8335, waarna er 36 F-15A’s gebouwd werden voor de productie werd gestopt in 1947. Er werden tot slot nog twaalf (andere bronnen noemen vijf) F2T-1 geproduceerd. Dit waren tot trainers omgebouwde P-61A’s voor de United States Marine Corps die vanaf Miramar MCAS, Californië opereerden.

Het prototype van de XF-15A Reporter (ex-P-61C, 43-8335)

Onderstaande gegevens hebben betrekking op de P-61B Black Widow

Fabrikant Northrop
Ontwerpers John K. Northrop/Walt Cerny/Dr. William Sears
Gebruik Nachtjager
Motor 2 x Pratt & Whitney R-2800-65 Double Wasp
Vermogen 2250 pk
Spanwijdte 20,11 m
Lengte 15,11 m
Hoogte 4,47 m
Vleugeloppervlakte 61,53 m²
Klimvermogen 635 m/min.
Gewicht leeg 10.637 kg Geladen 16.420 kg
Snelheid max. 589 km/u
Bereik 2175 km (bij kruissnelheid van 368 km/u)
Bewapening 4 x 20mm M2 kanonnen onder de romp, 4 x .50 inch Browning machinegeweren in rugkoepel, vier draagpunten onder de vleugels voor last van 725 kg (bommen of andere lading)
Bemanning 3
Eerste vlucht XP-61, 26 mei, 1942
Aantal gebouwd 706 (alle varianten)

Vier P-61's zijn bewaard gebleven, en één, de P-61B # 42-39445
wordt vliegwaardig gemaakt door Mid-Atlantic Air Museum
(foto: https://forum.cartridgecollectors.org/, sksvlad)

BRONNEN

Klik hieronder om naar de homepage te gaan

OF GA TERUG