Het
begin
In de jaren dertig van de vorige eeuw maakte het bouwen van
vliegtuigen in aluminium een snelle opgang door. Technieken
werden vervolmaakt, motoren werden beter. De United States Air
Corps kwam in die periode met een nieuwe specificatie, met een
opdracht voor een meermotorige bommenwerper die minimaal 900
kg aan bommen moest kunnen vervoeren over een afstand van 8000
km en dat met een kruissnelheid van 320 km/u. De Boeing
Airplane Company kreeg de taak om zo'n toestel te ontwikkelen.
In 1935 kwam Boeing met het viermotorige Model 294, dat door
de legerleiding de aanduiding XBLR-1 krijgt, later XB-15. Dit
enige gebouwde model was enorm van afmetingen voor haar tijd.
De vleugels waren van een proportie dat een bemanningslid zich
er via een gangenstelsel kon bewegen om kleine reparaties uit
te voeren.
Het enige prototype van Model 294 (de XB-15)
'Flying
Fortress'
Het prototype van de XB-15 maakte op 15 oktober 1937 haar
eerste vlucht, maar zou nooit productie zien, want de
Amerikaanse legerleiding was met een nieuwe specificatie
gekomen die een kleiner ontwerp vroeg, maar wel vier motoren
moest hebben. Boeing ging aan het werk met de XB-15 als basis
en kwam met Model 299. Het toestel had een prachtige
stroomlijn die onderbroken werd door vier uitstulpingen die
een .30 of .50 kaliber beweegbare machinegeweer kon herbergen.
Model 299, de XB-17
Model 299, met de luchtmachtaanduiding XB-17, maakte, haar eerste vlucht
op 28 juli 1935. Dit zwaar bewapende vliegtuig werd in de
pers, door journalist Dick Williams, omschreven als een
'Flying Fortress', een Vliegend Fort, een naam die ze haar
verdere leven officieel zou voeren. De legerluchtmacht was
onder de indruk en bestelde 65 toestellen. Helaas ging het
prototype verloren op 30 oktober, 1935, vanwege geblokkeerde
roeren. Hierbij kwam de militaire testpiloot
pilot Maj. Ployer Peter Hill om het leven (Hill Air Force Base bij Ogden, Utah is vernoemd naar hem).
Andere technici aan boord werden met verwondingen
naar het ziekenhuis gebracht waar Boeing testpiloot en waarnemer Les Tower enkele dagen later overleed.
In 1936 werd de order voor 65 teruggebracht naar 13
stuks, mede vanwege de bezuinigingen.
de XB-17 gaat in vlammen op
Het contract voor de 13 YB-17’s ging in op 17 januari 1936.
De ‘Y’ stond voor ‘service test’, wat een stap verder was dan
de ‘X’, voor ‘experimental’. Door de constante verbeteringen
aan het toestel, zoals nieuwe motoren, de Wright R-1820-39
(850 pk) in plaats van de Pratt & Whitneys R-1690 en
veranderingen aan het landingsgestel, werd de aanduiding
veranderd in Y1B-17. Op 5 augustus 1937 werd de laatste van de
13 Y1B-17's afgeleverd. Er werden opzienbarende vluchten over
de Verenigde Staten gevlogen en met 6 toestellen een goodwill
tour gemaakt naar Argentinië.
De Y1B-17 wordt gepresenteerd
Tijdens deze ca. 3 miljoen
kilometer aan testvluchten werd 9.300 uur zonder al te grote
problemen gevlogen. Samen met deze prestaties en de politieke
ontwikkelingen in Europa werd de Y1B-17 nieuw leven
ingeblazen, mede dankzij de aanjagers op de Wright Cyclone
motoren die de Y1B-17 naar grotere hoogte kon brengen. Deze
nieuwe versie kreeg de aanduiding Y1B-17A en maakte haar
eerste vlucht op 28 april 1938. Een eerste order voor 39
toestellen van deze verbeterde versie volgde op de nieuwe
ontwikkelingen. Op 30 maart, 1940 werd de laatste van deze, nu
B-17B genoemde bommenwerper, afgeleverd.
Een rijtje B-17B's
Een volgende
ontwikkeling leidde naar de B-17C, deze was voorzien van
Wright Cyclones van 1200 pk. Had het vorige model een
machinegeweer in de neus, nu waren er twee aan weerzijden van
de neus aangebracht en een gondel onder de romp die als
mitrailleurpost diende. Van de B-17C werden er 38 gebouwd. Een
volgende order was voor 42 stuks van de B-17D, die zich alleen
aan de buitenzijde onderscheidde van de B-17C met een ander
type koelkleppen aan de motoren. Maar de interne verbetering
waren significant, zoals een 24 volts elektrisch systeem,
zelfsluitende brandstoftanks en de bewapening was bijna
verdubbeld.
Een RAF B-17C,
Fortress I draait weg
Ondertussen ontving de RAF in het voorjaar van 1941 een
partij van 20 B-17C bommenwerpers in ruil voor informatie over
de prestaties in het gevecht. In Britse dienst stond het
toestel bekend als de Fortress I. Door een verkeerde inzet
werd hun aantal op dramatische wijze tot 9 stuks gereduceerd.
De Fortress I werd in te kleine aantallen ingezet, soms maar
twee ter aanvulling bij een missie. De belangrijkste missie
was een vlucht van vier toestellen naar het Duitse slagschip
Admiral Scheer nabij Oslo, Noorwegen. Twee Fortresses werden
neergeschoten door de Duitse jagers, een derde was zwaar
aangeschoten maar bereikte Engeland waar het een geforceerde
landing maakte.
Een RAF B-17C,
Fortress I
De laatste missie met een RAF Fortress I was op 25
september 1941 toen 1 toestel Emden als doel had, maar vanwege
slecht weer werd deze missie afgebroken. Dit betekende het
einde van de Fortress I bij de RAF. Ondanks dit fiasco was de
bemanning over het algemeen erg te spreken over de
vliegkarakteristieken, vooral het opereren op grote hoogte.
Generaal H.H. Arnold van de USAAF verklaarde later dat de RAF
de Fortress niet genoeg kans had gegeven.
Een B-17E is een
kader voor een B-17D op Hickham, Hawaï, 7 december, 1941.
Op 20 juni 1941 werd de naam ‘Air Corps’ veranderd in
‘United States Army Air Forces’ en de trots was hun Flying
Fortress. Op 7 december 1941 werden zes B-17C’s en acht B-17’s
onderschept over Hawaï toen de Japanse Keizerlijke Marine
Pearl Harbor aanviel.
De meeste liepen zware schade op tijdens
de landing. Op Hickham Field stonden twaalf B-17C/D’s, waarvan
er vijf vernietigd werden en de rest beschadigd. De volgende
dag werden er nog eens 17 stuks van deze bommenwerper op de
grond vernield, welke gestationeerd waren op Clark Field,
Filippijnen. Maar uit de as van dit drama zou weldra de
ultieme B-17 herrijzen.
Captain Raymond
Swenson zijn B-17C, slachtoffer van Zero jagers, op
Hickham.
Voor de verdere ontwikkeling van de B-17 Flying
Fortress, klik hieronder
|