TOUR DE SLAGVELDEN
VAN NORMANDIË
OPERATION 'PERCH'

UITBRAAK NAAR CAEN

Aan het einde van D-Day, 6 juni, 1944, waren ongeveer 155,000 manschappen geland in Normandië en was op de meeste stranden een redelijk stevig bruggenhoofd gevestigd. Omaha Beach was het zwaarste geweest, maar ook de 1st Infantry Division en de 29th Infantry Division aldaar hadden ook een bruggenhoofd weten op te bouwen. De Britten en de Canadezen hadden op de meeste plekken tien kilometer gemiddeld landinwaarts weten te komen, al was Caen niet ingenomen. Opvallend was dat vooral de Hobarts ‘Funnies’ goede zaken hadden gedaan. Nu Caen niet ingenomen was werd een andere strategie ingenomen.

(links) Montgomery overlegd met Eisenhower (midden) en Bradley

De troepen onder Montgomery zouden, volgens Lt-Gen. Omar Bradley, commandant van de First US Army, meer pas op de plaats moeten maken om de Duitse troepen aan te trekken en daar te houden terwijl de Amerikanen zouden uitbreken via een omweg naar Parijs. Bayeux was op D+1 al in handen gevallen van de 50th Infantry Division, en Montgomery was er van overtuigd dat Caen nog steeds spoedig ingenomen kon worden. De 50th Infantry Division was op 6 juni geland en kreeg de volgende dag versterking van de 7th Armoured Division en samen waren dit de zogenaamde ‘ex-Desert Rats’ en de meest ervaren troepen die Montgomery had. Probleem voor de 7th Armoured was dat hun tanks niet opgewassen waren tegen de Duitse panzers. Er waren wel Sherman Firefly tanks (met het 17 pounder kanon), maar in te kleine hoeveelheden. En hun tegenstander was de Panzer Lehr Divsion met toegevoegde eenheden van de formidabele 101st Schwere SS Panzer Abteilung met drie compagnieën met elk 14 Tigers (wel met de kanttekening dat verschillende tanks uitgevallen waren door mechanische mankementen en door luchtaanvallen van de Geallieerden).

Emblemen van de 50th Infantry- en de 7th Armoured Division

Met de 50th (Northumbrian) Infantry Division zou Operation Perch van start gaan. Na de inname van Bayeux zou de divisie de route naar Tilly-sur-Seulles veiligstellen waarna een doorbraak geforceerd moest worden dwars door de Panzer Lehr Division heen. Deze aanval zou ondersteund worden door vuur van een slagschip en twee kruisers plus luchtsteun. Eenmaal dit geconsolideerd, zou de 7th Armoured doorbreken naar Villers-Bocage en via Évercy naar Caen. Het laatste stuk zou ondersteund worden door para’s van de 1st Airborne Division. Maar Air Chief Marshal Sir Trafford Leigh-Mallory weigerde transportvliegtuigen in te zetten omdat dit een te gevaarlijke opdracht zou zijn voor de piloten. Montgomery was razend, maar achteraf kon hij de weigering wel begrijpen. Bayeux was dus vrij vlot ingenomen, maar daarna liep de 50th Division vast in de 'Bocage', de roemruchte heggen van Normandië. In deze heggen kon de Panzer Lehr zich makkelijk verbergen met haar tanks en anti-tank wapens. Montgomery besloot de 7th Armoured in een grotere boog naar Villers-Bocage te sturen. Terwijl de 7th Armoured zich opmaakte voor een uitbraak, probeerde Panzer Group West een grote tegenaanval op te bouwen. Dit dwong de Duitse pantsereenheden dat deze zich bij daglicht moesten verplaatsen. Dit bracht extra verliezen met zich mee, vanwege de aanhoudende luchtaanvallen door Geallieerde jachtbommenwerpers.

...Onderweg naar de invasiegebieden van Normandië,
Tiger '131' onder commando van SS-Untersturmführer Walter Hahn in Morgny,
(101st Schwere SS Panzer Abteilung op 7 juni 1944, Toen en Nu)

Op 10 juni was er een grote opsteker. Informatie verkregen door de Ultra code brekers kon een luchtaanval op het hoofdkwartier uitgevoerd worden van Panzer Gruppe West onder commando van General Geyr von Schweppenburg. Dankzij het goed plaatsen van de raketten en de bommen werd het communicatiecentrum gevestigd in het kasteel bij La Caine geheel verwoest. Tevens kwamen 18 staf officieren om, waaronder Generalmajor Ritter von Dawans. Velen raakten gewond, waaronder Von Schweppenburg.

Het kasteeltje La Caine is geheel gerestaureerd
(in de achtertuin zijn nog sporen van de Duitse bezetter te vinden
zoals gespannen draden tegen indringers en waar mijnen lagen)

Op 10 juni begon ook de uitbraak naar Tilly-sur-Seulles door de 7th Armoured Division. Op kop ging de 22nd Armoured Brigade met haar 4th County of London Yeomanry (CLY) vanaf Bayeux over de hoofdweg. Achter hen trok de 5th Royal Tank Regiment (RTR) op om vervolgens west af te buigen ten zuiden van Blary. De twee eenheden waren te dicht op elkaar en liepen al spoedig vast op Duitse tegenstand. Niet alleen schakelden Duitsers Britse tanks uit, ook eigen vuur van de 8th Armoured Brigade schakelde twee tanks uit van de 4th CLY. Dit kwam door gebrek aan verbindingsofficieren om de onderlinge verplaatsingen aan elkaar door te spelen.

Dit is de roemruchte 'Bocage' waarvan weinig bewaard is gebleven
vanwege het verbreden van de wegen

Op 11 juni werd de tocht voortgezet, maar werd gestopt door een geweldige tegenaanval van de Duitsers. Deze zetten hun Panthers en Panzer IV’s in. Binnen een korte periode werden 10 Sherman tanks uitgeschakeld alsmede vier gemechaniseerde kanonnen en een M10. De Britten wisten één Duitse tank uit te schakelen. In de middag besloot XXX Corps dat 56th Infantry Brigade de route zou overnemen van 22nd Armoured Brigade. De laatste zou optrekken naar Lingèvres. Hiermee kwam 4th CLY onder commando van 56th Infantry Brigade en de 2nd Essex onder commando van 22nd Armoured Brigade. Pas de volgende dag zou de 131st Infantry Brigade, behorende tot de 7th Armoured Division door de 56th Infantry Brigade schuiven om naar het front te komen. 1st/5th Battalion, The Queen’s Royal Regiment van de 131st I.Br. ging west van Tilly-sur-Seulles in stelling. 1st/6th Queen’s van de 131st I.Br. lag op 12 juni ten zuiden van Foliot, het andere bataljon, de 1st/7th Queen’s kwam op 12 juni ten noorden van Ste-Honorine-de-Ducy. Langzaam aan kwamen de Britten in een uitgangspositie om uit te breken naar Villers-Bocage. De hoofdmacht zou gaan via de huidige D99 met als startpunt Saint-Paul-du-Vernay. Om troepen aan te voeren was de weg tussen Tilly-sur-Seulles en Saint-Paul-du-Vernay, de D13, een ideale route. Maar dan moest deze weg veilig in handen zijn van de Britten. Hiertoe werden twee bataljons van de Durham Light Infantry, de 6th en 9th DLI gesteund door een regiment tanks van de 4th/7th Royal Dragoon Guards, de 8th Armoured Brigade, via twee wegen naar Lingèvres gestuurd.

Tour naar
Lingèvres & Villers-Bocage

U kunt deze tour starten vanaf Bayeux of vanaf Tilly-sur-Seulles. Ga naar Lingèvres aan de D13 (halverwege Tilly-sur-Seulles en Saint-Paul-du-Vernay). Rond dit dorpje, met haar kruispunten is zwaar gevochten. Parkeer uw auto bij de kerk. Aan de gevel van de kerk is een plaquette aangebracht ter herinnering aan de strijd hier gestreden. Lingèvres zou worden aangevallen op 14 juni via twee wegen uit het noorden, de D33A (de 9th DLI) en de D187 (de 6th DLI vanaf Les Verrières). In de middag op het hoofdkwartier van de 151st Infantry Brigade Lt-Col Wood had zijn bedenkingen geuit over de aanval bij daglicht, dit zou veel slachtoffers meebrengen. Maar zijn bezwaren moesten opzij worden geschoven, want er was grote druk, het bruggenhoofd moest uitbreken, zo snel mogelijk. Op 14 juni, om 10.00 kwamen de Typhoon jachtbommenwerpers de bosrand bestoken ten noorden van Lingèvres en kwamen tevens artilleriegranaten van de 5th Army Group Royal Artillery gesteund door een Amerikaans bataljon door de lucht aangevlogen.

Emblemen van de Durham Light Infantry en de 4th/7th Dragoon Guards

Om 10.15 uur begon het rustige breed oprukken via de D33a van de 9th DLI met de bajonet op het geweer alsof het een aanval uit de Eerste Wereldoorlog betrof. Op de flank reden tanks van 4th/7th Dragoon Guards. Vanuit de bosrand kwamen de Duitsers in actie. Het was een slachting. A Company op links verloor al haar officieren, inclusief de forward observation officers die de artillerie moesten aansturen. B Company nam het over, maar verloor ook veel manschappen. C en D Company op rechts leken er beter door te komen. Lt-Col Wood gaf de order aan Major John Mogg om door te zetten met beide compagnien en dan zou hij proberen A en C Company om te laten trekken zodat die C en D konden aanvullen. Het was de laatste radioboodschap van Wood, toen kort daarop zijn voertuig door een mortiergranaat werd geraakt, kwam hij om het leven. Major Mogg nam direct zijn taken over. De opmars werd voortgezet met grote verliezen vóór de Britten de relatief veilige bosrand bereikten en het dorp Lingèvres.

Rond het middaguur bereikte de 9th Durham Light Infantry met tankondersteuning van de 4th/7th Dragoon Guards Lingèvres en begon het dorp uit te kammen van Duitsers. De tanks van 4th Troop van A Squadron bestond uit drie Sherman 75mm en één Sherman Firefly met haar 17-pounder kanon. De originele Firefly was zoek geraakt en een andere, onder commando van Sergeant Wilfred Harris was nu toegevoegd. Harris kreeg in Lingèvres opdracht uit te kijken naar twee Panther tanks die men gezien zou hebben. Harris bracht zijn Firefly naar het oosten van het dorp aan de D13 richting Tilly-sur-Seulles.

Sergeant Wilfred Harris

Twee andere 75mm Shermans werden geposteerd op de andere uitvalswegen. Captain John Stirling dekte het westen richting Balleroy. De commandant van A Squadron, Lt. Alastair Morrison, positioneerde zijn tank nabij de kerk. Er was nog een Sherman tank, een OP (Observation Post). Deze was ontdaan van haar kanon (welke was vervangen voor een houten) en de ruimte in de koepel werd ingenomen door een kaarttafel en radio’s. Vanuit deze OP werd door de forward observation officer, Major Swann, verdedigende artillerie ondersteuning aangevraagd om tegenaanvallen door de Duitsers tegen te houden. Voor dekking naar het zuiden, richting Longraye, plaatste Lt. Morrison de Sherman van Corporal Johnson op de T-splitsing.

14 juni, 1944; Lingèvres en de positie van de tanks:
1. Eerste positie Harris zijn Firefly
2. De eerste en tweede vernietigde Panther
3. Harris zijn volgende positie
4, 5 & 6: positie van de respectievelijke uitgeschakelde Panthers
7. Positie (blauw vierkant) van uitgeschakelde Sherman van Cpl. Johnson
(foto; Google Earth)

Tien minuten nadat Harris zijn positie had ingenomen met zijn Firefly zag hij een Sherman in zijn blik verschijnen met daarachter twee Panthers. Hij realiseerde zich dat de Sherman een (buitgemaakte?) lokvogel kon zijn en liet die voorbij trekken naar het noorden. De Panthers liet hij dichterbij komen totdat hij de voorste op 400 meter in het vizier kreeg. Het eerste schot uitgebracht door schutter Mackillop was raak en deed de Panther uit elkaar spatten. Direct werd het vuur verlegd op de tweede die ook uitgeschakeld werd. Maar uitgeschakeld bleek alleen dat het niet meer is staat was verder te rijden, haar kanon werkte nog.

Kijkende richting Tilly-sur-Seulles op de D13; globaal op de positie
van de Sherman Firefly van Harris
(Waar de auto rijdt, kwamen de Panthers van rechts)

Harris trok terug achter een boerderijtje. Major Mogg persoonlijk leidde een PIAT gezelschap, een soldaat en een sergeant, naar de Panther. Mogg gaf op een afstand van slechts 15 meter de opdracht de PIAT af te schieten. Helaas wisten beide mannen niet hoe de PIAT werkte, dus nam Mogg hem over en schakelde de Panther voor eens en voor altijd uit. Rond 12.30 uur verscheen wederom een Panther die aankwam rollen vanaf Tilly-sur-Seulles. Harris had zijn Firefly nog steeds in positie bij het boerderijtje en liet het vuur openen toen de Panther voorbij de ‘nu dode’ Panther kroop. Deze vloog direct in brand toen het eerste schot het Duitse staal raakte.

Een andere groep had een Panther ontdekt in een schuur aan de weg die leidde naar Longraye (D187 naar het zuiden). Maar hun PIAT weigerde en ze moesten met leedwezen toezien dat de Panther weg reed naar het zuiden. Kort daarop werd de 75mm Sherman van Corporal Johnson, die de weg bewaakte naar Longraye, uitgeschakeld door een enkele granaat (al geeft fotobewijs aan dat er meer dan één in de voorzijde knalde). Van de gehele bemanning was er slechts één niet gewond of gedood.

De Sherman van Cpl. Johnson is uitgebrand (met de neus naar Longraye gericht)
Let op de gaten van Duitse granaten centraal onder in de romp bij de transmissie

Voor korte tijd keerde de rust even terug in Lingèvres, maar toen, rond 16.15 uur, kwam het bericht dat er Duitse tanks gezien waren ten westen van het dorp op de weg de D13 vanaf Balleroy. Harris liet zijn Firefly naar een nieuwe positie rijden terwijl Captain John Stirling zijn Sherman zo'n 500 meter naar het noordwesten verplaatste. Hij stelde zich op de flank van de Duitse tanks en wist zo een Panther uit te schakelen.
Harris stond op de perfecte plek de Duitse tanks op te wachten. Aan de linkerzijde van de D13 die het dorp in liep was een zijweg vanwaar de gehele D13 te overzien was richting het oosten. De Duitsers konden door de huizen Harris zijn Firefly niet zien. De eerste Panther die werd al uitgeschakeld voor het het dorp bereikte. De tweede passeerde onverschrokken de uitgeschakelde Panther en ook deze werd getroffen door Harris. Het aandrijfwiel voor de rupsband werd getroffen maar de Panther wist het centrum van Lingèvres te bereiken, maar de bemanning moest de Panther daar verlaten en achterlaten.

De uitgeschakelde Panther in het centrum van Lingèvres
(links buiten beeld staat op enkele meters de uitgebrande 75mm Sherman tank)
Hieronder de huidige situatie

Een derde Panther kwam voorbij de 17 pounder van de Firefly en werd ook uitgeschakeld net toen het de eerste uitgeschakelde passeerde. Hierna stopte de aanvallen op Lingèvres door de Duitsers. In totaal waren negen Duitse tanks uitgeschakeld door de Durham Light Infantry anti-tank wapens en hun tank ondersteuning, waarvan er maar liefst vijf voor de rekening kwamen voor Harris zijn Firefly en door het geweldige schutterswerk van Mackillop die met vijf granaten, vijf Pathers uitschakelde.

Twee uitgeschakelde Panther tanks door de Sherman Firefly van Harris
Hieronder de sitiuatie tegenwoordig, van de Panthers geen spoor

Lingèvres bleef in handen van de 9th DLI die later die avond werden afgelost door de 2nd Glosters van de 56th Infantry Brigade. Van de 590 man waren er 22 officieren en 226 andere rangen, gedood, gewond of vermist. Ook de 6th DLI hield haar doel, les Verrières, lange tijd in handen, maar deze moesten in de nacht terugtrekken. Hun verliezen waren ook aanzienlijk, over de 100 man gesneuveld, gewond of vermist. Ook hadden ze vijf tanks van B Squadron van de 4th/7th Dragoon Guards verloren waarbij 17 bemanningsleden waren omgekomen.

Een plaquette bij de kerk herinnerd aan de strijd om Lingèvres

Terwijl de strijd rond de D13 in volle gang was op 14 juni, hadden de vooruitgeschoven troepen van de 7th Armoured Division die in een grote haak naar Caen onderweg waren een enorm pak slaag gekregen op 13 juni in en bij Villers-Bocage. Om deze tour te volgen verlaten we Lingèvres westwaarts via de D13 richting St. Paul-du-Vernay. Anderhalve kilometer verder, bij La Belle Epine, neem de afslag links de D67A. Mocht men deze missen, dan kan men altijd in St. Paul-du-Vernay linksaf slaan de D99. Beide wegen leiden naar Cahagnolles.

Voor de rit naar Villers-Bocage klik hieronder.