Lockheed F-104
Starfighter

De Starfighter deed voor mij letterlijk en figuurlijk van zich spreken half jaren zestig van de vorige eeuw, als de ruiten trilden in huis wanneer er weer één door de geluidsbarrière knalde. Nadat op 14 oktober 1947, Chuck Yeager met de Bell X-1 met moeite de geluidsmuur wist te slechten, werd er met de F-104 tien jaar later Mach 2 gehaald.

XF-104, 53-7786 tijdens een testvlucht.

Als blijkt dat gevechtspiloten in de Koreaanse Oorlog snelheid en hoogte te kort komen besluit Clarence L.‘Kelly’ Johnson van Lockheed een vliegtuig te ontwerpen met louter revolutionaire trekken. Van de tekentafel komt een toestel met een slanke romp als van een raket en voorzien van een zeer spitse neus. De zeer korte vleugels zijn heel dun gehouden. Als belangrijkste wapen is in de romp een roterend M61 Vulcan Gatling meerloops kanon aangebracht. Bij de eerste twee prototypen zou nog gebruik worden gemaakt van de Curtiss-Wright J65 (een in licentie gebouwde Armstrong-Siddeley 'Sapphire') bij gebrek aan de toekomstige motor, de General Electric J79.

Het roterend M61 Vulcan Gatling kanon (klik op de foto voor een vergroting)
(te zien in het Luftfahrt und Technik Museum, Wernigerode, Duitsland)

Op 28 februari 1954 maakte de XF-104 53-7786 haar eerste korte vlucht. De USAF besloot 17 YF-104’s te bestellen om deze te evalueren. De F-104 is dan de eerste straaljager die 2 maal sneller dan het geluid vliegt. Na deze ontwikkelingsfase kwam op 26 januari 1958 de eerste F-104A Starfighter in dienst bij het 83rd Fighter Interceptor Squadron, Air Defence Command op Hamilton AFB, California. In eerste instantie waren de piloten razend enthousiast, maar dit sloeg snel om na enkele akelige incidenten. Regelmatig motorstoring dwongt het toestel na drie maanden aan de grond. Ook de schietstoel die onder uit de bodem schoot stelde de vliegers weinig gerust.

De krachtbron van de F-104, de General Electric J79 tijdens de testfase in 1957

Tegen de tijd dat een verbeterde versie van de motor geplaatst was, had de USAF de interesse verloren. Mede vanwege dat de prestaties onder de maat bleven, besloot de USAF in 1959 de F-104A al weer uit dienst te nemen. Een groot aantal werd door gesluisd naar de Air National Guard voor tijdelijke detachering (rond de Cuba crisis in 1963 werden twee squadrons (319 en 331) weer uitgerust met terug gevorderde F-104A's ter verdediging van het zuiden van Florida. Ook tijdens de Vietnam oorlog werden drie squadrons van de 479th TFW uitgerust met teruggevorderde F-104C's om aldaar ingezet te worden vanaf april 1965).

Ging het neuswiel bij de éénzitter voorwaarts naar binnen,
bij de trainer versie, de TF-104, ging het wiel achterwaarts naar binnen

Verloor de USAF de interesse, de NAVO-partners raakten enthousiast over deze, met Mach 2, vliegende jager. Het enthousiasme werd vooral ook aangewakkerd door de lobby die de Amerikaanse producent, Lockheed voerde. Jaren later zal blijken dat menig NAVO-lid aantrekkelijke bonussen kreeg uitgereikt ter stimulering om de F-104 aan te schaffen. In maart 1959 tekende West-Duitsland een contract voor in licentie te bouwen Starfighters. Kort hierop tekenden Canada (gebouwd als de CF-104), Japan, Nederland, Belgie en Italië soortgelijke contracten. In zeven landen werden zo'n 2578 Starfighters gebouwd.

Hier is goed te zien hoe extreem dun en kort de vleugels waren

De Duitsers bouwden een nieuwe romp om de enorme G-krachten te ondervangen die ontstonden in de nieuwe rol van nucleaire aanvalsvliegtuig op geringe hoogte. Zo ontstond de F-104G ('G' van Germany). West-Duitsland nam in totaal 917 F-104's af, waarvan het grootste deel voor de Lufwaffe. Ook de Duitse marine vloog met de Starfighter. Deze ontving 100 stuks, later aangevuld met 36 vredesverlies compensatie toestellen en 36 ex-Luftwaffe RF-104G's). De marine Starfighters waren voor anti-schip missies en uitgerust met AS-34 Kormoran raketten. Helaas hadden de Duitsers veel pech met de Starfighter. In totaal verloor Duitsland 270 F-104's (29.44%) waarbij 116 piloten het leven lieten.

De cockpit van een Duitse F-104G Starfighter
(te bekijken in het Luftfahrt und Technik Museum, Wernigerode, Duitsland)

Nederland en de Starfighter

Nederland zal uiteindelijk 138 Starfighters afnemen. Deze bestonden uit 95 F/FR-104G's, gebouwd bij Fokker (te herkennen aan de 8000 nummering), de zogenaamde North-group, 25 F-104G's gebouwd door Fiat (Italian group, te herkennen aan de 6000 nummering) en 18 TF-104G's geproduceerd door Lockheed (5000 nummering). Er zouden vijf squadrons worden uitgerust met de Starfighter, het 306, 323, 322, 311 en het 312 Squadron. Naast deze vijf squadrons waren er ook een paar trainingeenheden welke over de TF-104G beschikten.

Publicity-shot met vier van de vijf squadrons die uitgerust waren met de F-104,
respectievelijk van voor naar achter: 306, 312, 311 en 322 Sqaudron

Aan het einde van 1962 en het begin van 1963 kregen een aantal piloten een omscholing op de Starfighter in de Bondsrepubliek op de basis Nörvenich. Tevens werd er in de flightsimulator op de vliegbasis Twente 'gevlogen' om vertrouwd te raken met de F-104. Vervolgens werd met de trainingseenheid op Twente, 'Dutch Masters' verder getrained.

De D-8273 van het 306 Squadron met de Orpheus verkenningspod

En zo werd No.306 Squadron, op Vliegbasis Twenthe vanaf 12 december 1962 het eerst Nederlandse squadron dat uitgerust werd met de Starfighter. Op deze dag kwamen de D-8013 en de D-8022 binnen, respectievelijk gevlogen door de kapiteins Janssen en Okkerman, vanaf Schiphol (de D-8022 is bewaard gebleven en is opgenomen in de tentoonstelling van het Nationaal Militair Museum in Soesterberg). De eerste Starfighters op Twente waren voor het technische personeel om de vliegtuigen helemaal te doorgronden. Op 24 april 1963 werd de Starfighter officieel tot de geregelde vliegerij opgenomen toen de Conversievlucht met de F-104G, D-8047 en de D8049 ging opereren.

Een RF-104G, de D-8127, van het 306 Squadron op Volkel

Het 306 Squadron leverde later haar F/TF-104's in voor de RF-104G verkenning Starfighter. Hiertoe werden de standaard camera's van Fairchild vervangen voor Nederlandse camera's van Optische Industrie De Oude Delft waarmee vanaf juli 1964 werd geopereerd. Vanaf 1973 werden de inwendige camera's vervangen voor de Orpheus verkenningspod. Deze Nederlandse container van drieëneenhalve meter lengte waren uitgerust met panchromatische (film)camera's en een infrarood-linescanner. Hiermee kon onder alle weersomstandigheden gefotografeerd worden.

Vol gas 'low on the deck'

Het moet spectaculair vliegen zijn geweest in de Starfighter. Met weinig neus voor je, en eigenlijk alleen een straalmotor achter je, 'gedragen' door korte afhangende vleugels. Dit toestel bleef alleen in de lucht door gas te geven. Zweefvermogen was er niet en uit een vrille geraken was schier onmogelijk, er was te weinig vleugeloppervlak. Veel Starfighters gingen dan ook veloren als er iets mis ging.

Deze Duitse F-104G brak zijn start af, de remparachute werd afgerukt en
het toestel belandde in de 'barrier' waarna het in brand vloog

Maar soms ging het gelukkig goed. Vanaf Volkel steeg een F-104 op voor een oefenvlucht bij avond over het IJsselmeer. Na de start was de piloot druk bezig zijn instrumenten af te lezen, of alles naar behoren werkte. Naast de brandstoftanks aan de vleugeltips, hingen onder de vleugels ook twee brandstoftanks (zoals bij de Starfighter op de foto hierboven). Vooral vliegende op de instrumenten vanwege de duisternis, klonk er opeens een 'schurend' lawaai van onder de romp, en de piloot trok de Starfighter omhoog. Uit zijn ooghoek zag hij opeens een visserboot op dezelfde hoogte als waar hij vloog,... Hij had goed op de instrumenten gelet, maar niet op zijn hoogtemeter. De piloot zette koers naar de vliegbasis Leeuwarden. Na de landing bleken de twee brandstoftanks onder vleugels duidelijk beschadigd. De piloot verklaarde dat hij 'waarschijnlijk het wateroppervlakte van het IJsselmeer geraakt had'. Werd het eerst naar het land der fabelen verwezen, tot later een bericht binnenkwam dat een visserboot een UFO gemeld had die rakelings langs hen was gescheerd,...

Een Russische TU-95 'Bear'

De Nederlandse Starfighters werden nooit daadwerkelijk ingezet, of het moeten de paar incidenten geweest zijn waar de F-104 bij betrokken was. In 1968, tijdens een schietoefening, ontdekt kolonel J.W. van Leeuwen van 322 Squadron een echo op zijn radar. Met toestemming mogen de twee F-104 vliegers op onderzoek, en komen zo als eerste Nederlandse Starfighters een Russische Tupolev TU-95 'Bear' verkenner tegen. Na die onderschepping kwam het in de jaren die volgenden enkele malen voor dat vanaf Leeuwarden Starfighters werden uitgezonden om Russen tegemoet te vliegen. Aan deze acties wordt in de pers weinig bekend gemaakt. Op 25 september 1972 werd weer een TU-95 'Bear-B' onderschept. Nu door twee Starfighters van 323 Squadron. Deze Rus was daadwerkelijk op koers naar Noord-Nederland, om, naar men aanneemt, de responstijd van de Nederlandse Luchtmacht te testen. Toen de Rus de vliegers Lokhorst en Wesselius in hun F-104's zag naderen, keerde deze terstond weerom. De Starfighters vlogen nog een 45 kilometer met de 'Bear' op, voor een tekort aan brandstof hen deed omkeren. De 'Bear' escorte werd toen overgenomen door een RAF Phantom. In de verte konden de vliegers nog twee 'Bears' zien vliegen. Dit laatste incident werd breedt uitgemeten in de Nederlandse pers.

11 juni 1977, een Starfighter giert over de gekaapte trein bij 'De Punt'

Een opvallende rol speelden Nederlandse Starfighters in de vroege ochtend van 11 juni, 1977. Op deze dag werden zes F-104's van 322 Squadron ingezet tegen Zuid-Molukse treinkapers die toen al bijna drie weken nabij 'De Punt', in Drente, stonden. Met bulderende naverbranders zorgden ze voor de verwarring tijdens de bevrijdingsactie door mariniers.

Een impressie van de aanval op de trein is geschilderd door L.van't Hof
(Illustratie via M. van Exel scriptie: 'Door de eeuwen trouw geweest')

De actie tijdens de treinkaping was één van de laatste wapenfeiten voor de Nederlandse Starfighters. In Nederland werd kort daarna de Starfighter ingeruild voor de F-16 in 1979. Al bleef er nog een Conversie Afdeling Volkel (CAV) operationeel als omscholingsvliegtuig tot 1984. Nederland vloog 22 jaar met de F-104 waarbij totaal 345.000 vlieguren werden gemaakt. Drieenveertig Starfighters werden door ongelukken afgeschreven voor de laatste vlucht werd gemaakt op 21 november 1984. Een grote hoeveelheid Starfighters werd overgedaan aan de Turkse luchtmacht, 43 F/RF-104G's en 10 trainers, TF-104G's.

F-104G, D-8022, één van de eerste twee geleverde Starfighters, is bewaard
gebleven en hangt in het Nationaal Militair Museum in Soesterberg

Op de volgende pagina gaat de Starfighter ook ten strijde, zoals door de Verenigde Staten in Vietnam en door Pakistan in de oorlog met India. Ook is er op de komende pagina nog iets over bewaard gebleven exemplaren. Verder op de komende pagina aandacht voor experimentele Starfighters, zoals het onderzoek door de Duitse Luftwaffe om met raket aandrijving op te stijgen en het gebruik door de NASA. Hieronder is één van de elf door de NASA gebruikte F-104's te zien samen met een Northrop T-38 Talon.

Klik op onderstaande NASA Starfighter
om naar de volgende pagina te gaan,...

(Foto: https://www.nasa.gov)

GA TERUG