TOUR DE SLAGVELDEN VAN NORMANDIË
Duitse begraafplaats La Cambe

Het meest indrukwekkende monument voor de omgekomen Duitse soldaat is de begraafplaats nabij het dorp La Cambe, 5 kilometer ten zuiden van Grandcamp-Maisy (23 kilometer vanaf Bayeux aan de N13 richting Carentan). Vanaf Grandcamp-Maisy kunt u twee routes nemen. De eerste is via de D199A (waarbij u langs het monument komt voor de ALG A-3), rechtsaf de D199 en volg de borden naar La Cambe. Of u volgt de D514 vanaf Grandcamp-Maisy tot aan de grote rotonde van Osmanville. Hier kunt u kiezen via de snelweg N13 of de b-weg D613. Voor de D613, neem de derde afslag op de rotonde en volg deze weg om na zes kilometer rechtsaf te gaan naar de Duitse begraafplaats van La Cambe.

Dit was origineel een gecombineerde begraafplaats voor Amerikaanse en Duitse doden. In 1947 werden de Amerikaanse soldaten gerepatrieerd of her-begraven te St-Laurent. Het jaar daarop brachten Britse en Franse Oorlogsgraf organisaties Duitse doden naar La Cambe en de andere vijf begraafplaatsen. Het Deutsche Kriegsgräberfürsorge werd opgericht om de graven te onderhouden. Dit werk wordt uitgevoerd door Duitse schoolkinderen en studenten. Hier zouden de Geallieerden een voorbeeld aan kunnen nemen. De jeugd wordt hier geconfronteerd met de zinloosheid van oorlog, als les voor de toekomst.

Binnen op het veld staan verspreid kleine groepjes van zwarte kruisen. Dit symboliseert voor de Duitser 'kameraadschap in de dood'. Hier liggen meer dan 21.200 doden, waaronder 296 in een massagraf (een heuvel midden op het terrein). De heuvel kan beklommen worden en geeft een uitzicht over de begraafplaats. Welk een contrast met de Geallieerde begraafplaatsen. Sober en grof en daardoor des te indringender zal deze begraafplaats bij de bezoeker een gevoel achterlaten van; 'DIT NOOIT MEER'.

Twee omgekomen Duitsers begraven op La Cambe

Wellicht het meest bezochte graf op La Cambe is dat van de tankcommandant Michael Wittmann. Deze tank-aas werd in één klap beroemd door zijn solo-actie op 13 juni 1944 tegen een Britse eenheid in het stadje Villers-Bocage. Op 8 augustus 1944 kwam Wittmann en zijn bemanning in een Tiger tank om het leven, waarna deze aan de kant van de weg waar ze sneuvelden, bij Gaumesnil, werden begraven. In 1983 werden de stoffelijke resten weer gevonden en herbegraven in la Cambe, in vak 47, rij 3 en graf 120. Ondanks dat dit de laatste rustplaats zou moeten zijn, blijkt het tegendeel het geval,... de grafsteen van Wittmann is al verschillende malen ontvreemd.

Wellicht de bekendste gesneuvelde Duitser op La Cambe, Michael Wittmann

Voor het hele verhaal van Wittmann
KLIK HIER

Een andere beruchte Duitse militair die hier ligt is SS-Sturmbannführer Adolf Diekmann. Vier dagen na de landingen van de geallieerden in Normandië, kwam de oorlog in Oradour-sur-Glane (een dorpje nabij Limoges). In heel Frankrijk werden door het verzet aanslagen gepleegd om de Duitsers te beletten om reserve troepen naar de landingsgebieden krijgen. Bruggen en spoorrails werden gesaboteerd, telegraaf-en telefoonlijnen afgesneden. Ook het beschieten van Duitse voertuigen was niet ongewoon voor de zogenaamde Maquis. Gefrustreerd door al dit oponthoud werden veel strafmaatregelen door de Duitsers uitgevoerd. Of dit ook het geval was voor Oradour, zal nooit duidelijk worden. In Oradour was geen plaatselijk verzet en stond het ook niet bekend als een plaats van onruststokers. Desalniettemin, rond de klok van 14.00 uur, op zaterdag 10 juni 1944 trokken twee SdKfz 251 pantservoertuigen van 4. Regiment 'Der Führer' van de 2. SS-Panzer Division 'Das Reich' het dorp binnen. Het krijgsgevangen nemen (en later ombrengen) van een persoonlijke vriend van SS-Sturmbannführer Diekmann, Major Helmut Kämpfe, door het verzet nabij St. Léonard-de-Noblat, zou de druppel kunnen zijn geweest om de bevolking van Oradour een 'lesje' te geven. Diekmann, commandant van het 1. Bataljon, 4. Regiment, heeft in samenspraak met SS-Gruppenführer Heinz Lammerding, commandant van de 2. SS-Panzer Division 'Das Reich', de plannen gemaakt en de order vervolgens gegeven aan Leutnant Kleiss, commandant van 3. compagnie SS-Panzer Grenadiers. Hierop werd de bevolking van Oradour-sur-Glane uitgemoord en het dorp in brand gestoken. 642 mensen werden vermoord. Diekmann ontliep zijn straf. SS-Sturmbannführer Diekmann, commandant van het 1ste bataljon ontsprong de gerechtelijke 'dans'. Het schijnt dat direct na de slachting er een Duitse krijgsraad is geweest waarvan de strafmaatregel nooit bekend is geworden. Op 29 juni 1944, terwijl hij in Normandië was, verliet hij zijn onderkomen zonder helm. Een stuk scherf van een ontploffende granaat sloeg in zijn hoofd en hij was op slag dood. Diekmann ligt in Blok 25, Rij 4, Graf 121.

SS-Sturmbannführer Adolf Diekmann, Blok 25, Rij 4, Graf 121

Voor het hele verhaal van Oradour-sur-Glane
KLIK HIER


ANDERE DUITSE OORLOGSKERKHOVEN IN NORMANDIË:

Champigny-St André, tussen Evreux en Dreux, 19.795 graven
Huisnes-sur-Mer, nabij Mont St Michel, 11.956 graven
Marigny-la-Chappelle, nabij St Lô, 11.169 graven
Orglandes, nabij Valognes, 10.152 graven
St Désir-de-Lisieux, 3.735 graven

Bij elkaar liggen er op deze zes begraafplaatsen bijna 80.000 soldaten
die omgekomen zijn in Duitse dienst.

De Duitse begraafplaats in Orglandes

De Duitse begraafplaats van Orglandes, een 10 kilometer ten westen van Ste-Mère-Église aan de D 24 (en 10km ten zuiden van Valognes) is aangelegd tussen 1959 en 1961. In eerste instantie was deze begraafplaats een plek waar Amerikaanse en Duitse slachtoffers van de Geallieerde opmars naar Cherbourg werden begraven. Maar in 1945 werden de Amerikaanse slachtoffers herbegraven in American Cemetery van Colleville-sur-Mer of terug naar Amerika overgebracht. Er bleven 7358 Duitse slachtoffers achter, in latere jaren aangevuld door de Franse begravenisdienst, tot het huidige aantal van 10.152.

Een onbekende Duitse soldaat ligt bij geïdentificeerde kameraden
die in juni 1944 zijn omgekomen

Ook zijn er op de Commonwealth War Graves omgekomen Duitsers begraven:

Bayeux: 466 Duitsers
Bazeville: 326 Duitsers
Tilly-sur-Seulles: 232 Duitsers
Hottot-les-Baques: 132 Duitsers
Fontenay-le-Pesnel: 59 Duitsers
St Manvieu-Cheux: 556 Duitsers
Brouary: 18 Duitsers
La Délivrande, Douvres: 180 Duitsers
Ranville: 322 Duitsers

In totaal verloren de Duitsers in Normandië 450.000 man: waarvan 240.000 gedood of gewond (210.000 Duitsers werden gevangen genomen). Een offer dat tot nadenken stemt.


Voordat we Carentan en UTAH Beach gaan bezoeken moet ik u op een museum wijzen dat meer dan de moeite waard is, het Normandy Victory Museum in Catz. Komende vanaf de richting Bayeux, kunt u via de N13 (afslag St. Hilaire-Petitville, Carentan, D 974 en op de rotonde richting Catz) of via een rustige aangename route. Vanaf de N13-E46 neemt u de afslag 'Insigny-sur-Mer' D197A en op de rotonde de tweede afslag door Insigny-sur-Mer heen. U rijdt in principe recht door dit stadje heen en volgt de D 613. Als u de brug over de Vire bereikt, wordt de D 613 de D 974 en die leidt u naar het,...:

Normandy Victory Museum

Na het ter ziele gaan van het 'Normandy Tank Museum, A10' in 2016, verrees er uit het as een nieuw museum. In het voorjaar van 2017 werd op deze plek het 'Normandy Victory Museum' geopend. Wat gebleven is van het vorige museum, is de mogelijkheid om met een pantservoertuig een rit over het buiten terrein te maken (39€ voor 10 minuten, incl. toegang tot het museum). U komt via een lang oprijpad naar de parkeerplaats van het museum. Aan de linkerkant van dit pad ziet u twee LCVP landingsvaartuigen liggen en is een observatie bunker in een wallenkant gebouwd. Er is tevens een grote touwbaan voor de liefhebber om daar door heen te klimmen (kosten 12€).

Een M4 Sherman tank met een 'hedge-row cutter'

Rond het parkeerterrein zijn verschillende voertuigen opgesteld, waaronder grote machines om grond te verplaatsen en uit te vlakken tot een vliegveld. Hoe toepasselijk, want dit museum is geplaatst op de voormalige Advanced Landing Ground A-10. Ook staat er sinds 2018 een fraaie M4 Sherman tank. De Sherman is in pricipe voor zes jaar uitgeleend door het Tank Museum in Saumur, met afspraak dat er niets veranderd mag worden aan de constructie, maar opschilderen was geen probleem. Maar ondertussen zijn aan de voorzijde grote punten aangebracht, een zogenaamde Rhinoceros 'hedge-row cutter'. Een constructie bedacht door Sergeant Curtis G. Culin om door de Bocage, de roemruchte heggen van Normandië, te stoten. Verder is één van de grote blikvangers een levengroot model van een P-47 Thunderbolt jachtbommenwerper. Bij nadere beschouwing blijkt deze geheel uit hout opgebouwd.

Het model van de P-47D Thunderbolt

Bij binnenkomst is er een opstelling van 'apparaten' waarmee men virueel kan vliegen, dan wel rijden (10 minuten voor 25€). In 2020 bedroeg de entree 9€ voor volwassenen (kinderen tot 17 jaar; 6€, onder de 7 gratis). De gehele opzet is dat dit een museum is dat van plan is te blijven. In het museum zijn een aantal grote diorama's ingericht waarin de gebruikelijke poppen in uniform rond voertuigen of geschut staat. Wellicht het fraaiste diorama is een op schaal gebouwde geschutsbunker. Wat gelijk opvalt is dat er niet de gebruikelijke, bij andere musea, oorlogsjaren muziek uit luidsprekers klinkt.

Eén van de fraaie diorama's

Geen muziek wordt gecompenseert met geluidseffecten van explosies en machinegeweervuur (wat voor hele jonge kinderen voor angst kan zorgen). Verder liggen de vitrine's vol met verzamelingen van helmen, uitrustingstukken, wapens, munitie, etc. Wat hier in dit museum velen zullen aanspreken, is dat men (replica) wapens kan hanteren, zoals een Stengun, een M1 karabijn, een MP 40 of een StG 44 Sturmgewehr. Ook het passen van verschillende helmen kan in dit museum. Er is een kleine bioscoopzaal waarin houten keukenstoelen stonden en waarvan de geluidsinstallatie erg onder de maat is.

Neem plaats in een Jeep,...

Wat ook aardig is, is dat bezoekers in een echte Jeep kunnen plaats nemen voor een fotomoment (klik op de foto hierboven). Het laaste stuk van het museum is ingeruimd met vitrines van bodemvonsten, recent zelfs uit dit jaar. Dit loopt van helmen tot zelfs een vlammenwerper. Als er al een minpunt is te vinden over het Victory Museum, dan is het ontbreken van een thema, of enige uitleg waar sommige tentoongestelde stukken vandaan komen, of aan wie deze oorspronkelijk toebehoorden. En de beschrijvingen in de vitrines hebben een dusdanig klein lettertype (alleen in het Frans), die vaak zo belicht zijn dat de kijker zijn schaduw over de tekst werpt.

Maar het museum is nog jong, en het wordt ieder jaar beter. Wat wel duidelijk is, is de ontspannen sfeer en de uitermate vriendelijke mensen 'achter de kassa'. Er is een aardige winkel, maar niet met echt spectaculaire zaken die uitstijgen met de andere musea. Het Victory Museum doet dus enigsinds denken aan het 'opslag depot' Overlord Museum in Colleville-sur-Mer, maar daar mogen ze wel eens een lachje produceren naar de bezoeker,... Verder is er nog ruimte om tijdelijke tentoonstellingen in het Victory Museum te tonen, waardoor bezoekers genegen zijn terug te keren.

Vervolg uw route naar de Cotentin en richting UTAH Beach.
Eerste stop, Carentan,...

KLIK HIERONDER,...